woensdag 24 juni 2015

Nir Eyal

Hooked : hoe je mensen verslaafd maakt aan je product
Van Duuren Management 2015, pagina's - € 22,95

Oorspronkelijke titel: Hooked : how to build habit-forming products (2014)

Wikipedia Nir Eyal (19?)

Korte beschrijving
We checken onze smartphone gemiddeld 34 keer per dag. Als we ons een momentje vervelen, kijken we op Twitter of Facebook. En kunnen we ergens niet op komen? Dan googelen we het gewoon. Het zijn relatief nieuwe technologieën, maar ze zijn nu al niet meer uit ons leven weg te denken. We zijn er in korte tijd aan 'verslaafd' geraakt!

Wil je dat jouw product ook zo succesvol wordt? Zorg er dan voor dat het een vast onderdeel wordt van het dagelijks leven van de gebruikers. In 'Hooked' legt Nir Eyal de vier stappen bloot waarmee je klanten verslingerd maakt aan wat jij te bieden hebt. En dat zonder enige vorm van dure reclamecampagne. Of het nu om een website, app, game, evenement of iets heel anders gaat, je kunt dit principe steeds weer toepassen. Het resultaat: een product dat niemand meer wil missen.
Een praktische gids voor productontwikkelaars, (online)marketeers, webdesigners, ontwerpers en start-ups, inclusief stappenplan om van je product een gewoonte te maken.

Met voorbeelden van onder andere Twitter, Instagram en Pinterest: bedrijven die het Hook-model goed begrepen hebben en zo hun klanten steeds weer naar hen terug weten te laten keren.

Fragment uit 6. Wat ga je met deze kennis doen?
De ethiek van manipulatie

Wat nu? Nu je bekend met het patroon van het ontwikkelen van een gewoontevormende technologie, is de vraag hoe je deze kennis gaat inzetten.
Terwijl je dit boek las, heb je je wellicht afgevraagd of het hookmodel een recept is voor manipulatie. Misschien voelde je je een beetje ongemakkelijk omdat jet het gevoel hebt dat je een kookboek voor mind control aan het lezen was. Als dat het geval is, dan is dat juist goed.
Het hook-model gaat in essentie om het veranderen van gedrag van mensen; maar de macht om producten te ontwikkelen die het gedrag van mensen beïnvloeden moet wel met zorgvuldigheid worden ingezet. 

Het ontwikkelen van gewoonten kan een goed doel dienen, maar het kan ook worden gebruikt voor een schadelijk doel. Welke verantwoordelijkheid hebben productontwikkelaars wanneer zij gebruikersgewoonten beïnvloeden? 

Laten we er niet omheen draaien, wij zijn allemaal werkzaam in ene bedrijfstak waarin we anderen willen overtuigen. (pagina 162)


Terug naar Overzicht alle titels

maandag 22 juni 2015

Frank Mulder

De geluksmachine
Uitgeverij Kok 2015, 173 pagina's - € 16,50

Lenen als E-book via bibliotheek.nl

Website Frank Mulder (1978)

Korte beschrijving
Het moderne leven wordt meer en meer een kunstmatige werkelijkheid, die is ingericht om ons tevreden te stellen, waarin de techniek voorziet in al onze behoeften. Die kunstmatige, gestroomlijnde wereld lijkt op een machine die we niet meer kunnen bijsturen, die we niet meer beheersen, maar die ons beheerst en nodig heeft als radertjes die efficiënt moeten draaien. Met deze centrale stelling heeft de auteur, freelance journalist voor diverse bladen, een pamflet geschreven waarin hij zijn zorgen uit over allerlei hedendaagse verschijnselen die mensen afhouden van de echte wereld. Van voorbewerkte voedselproducten tot Facebookprofielen. Het is te lezen als technologiekritiek, maar ook als maatschappijkritiek. Als een waarschuwing tegen de illusies van een 'brave new world' en een pleidooi voor spiritualiteit als tegenwicht. Geschreven vanuit een religieuze inspiratie voor een breed publiek dat bereid is tot nadenken over de invloed van techniek op het leven.

Tekst op website uitgever
De geluksmachine is een populair-filosofische cultuurkritiek op de hedendaagse samenleving. Frank Mulder beschrijft hoe we tegenwoordig leven in een soort hyperrealiteit, waar we de vervulling zoeken van onze verlangens: een kunstmatige wereld die ons wil bevrijden van de beperkingen van de natuur en waar al onze verlangens kunnen worden bevredigd. Maar achter deze façade van Facebookprofielen, irisscans en voorgesneden worteltjes ontwikkelt zich zo een ‘geluksmachine’, die ons permanent tevreden houdt, maar die steeds lastiger bij te sturen is. Frank Mulder houdt daarom een pleidooi om te kiezen voor een spiritueel leven van verzet en hoop, midden in de harde werkelijkheid. - See more at: http://www.kok.nl/boek/de-geluksmachine/#sthash.qwS5tec8.dpuf
De geluksmachine is een populair-filosofische cultuurkritiek op de hedendaagse samenleving. Frank Mulder beschrijft hoe we tegenwoordig leven in een soort hyperrealiteit, waar we de vervulling zoeken van onze verlangens: een kunstmatige wereld die ons wil bevrijden van de beperkingen van de natuur en waar al onze verlangens kunnen worden bevredigd. Maar achter deze façade van Facebookprofielen, irisscans en voorgesneden worteltjes ontwikkelt zich zo een ‘geluksmachine’, die ons permanent tevreden houdt, maar die steeds lastiger bij te sturen is. Frank Mulder houdt daarom een pleidooi om te kiezen voor een spiritueel leven van verzet en hoop, midden in de harde werkelijkheid.

Fragment uit het Voorwoord
Dit boek is niet bedoeld als wetenschappelijk onderzoek, maar als manifest. Het is een uit de hand gelopen essay waar ik aan begon omdat ik wilde uitschrijven waar ik me zorgen over maakte. Namelijk, dat ik steeds meer word beziggehouden met dingen die er niet echt toe doen. Met dingen, in plaats van met mensen, natuur, schoonheid, God, of andere zaken die het leven zin geven. Sterker nog, ik heb de indruk dat die zinvolle zaken steeds verder buiten bereik komen te liggen.

Om uit te zoeken hoe dat komt, fiets ik heen en weer tussen heel veel verschillende thema's. Ik denk dat heel veel verschillende ontwikkelingen een samenhang hebben, en die wil ik laten zien, maar ik weet dat ik niet alles kan dichttimmeren of bewijzen. Ik hoop dat je me inschattingsfouten en open eindes wilt vergeven en dat je vooral geïnspireerd wordt door de bril waarmee ik kijk.

Een term die me heeft geholpen om te begrijpen wat er gebeurt, is hyperrealiteit. Dat betekent een kunstmatige realiteit die is bedoeld als een soort verbeterde versie van de natuurlijke werkelijkheid. Ik vind die term uit de filosofie goed passen bij de gestroomlijnde wereld die we aan het bouwen zijn, waar alles optimaal wordt ingericht om ons tevreden te stellen, door met hulp van techniek te voorzien in al onze behoeften aan welvaart, veiligheid en sociale acceptatie.

De hyperrealiteit zou je kunnen omschrijven als de showroom van het moderne vooruitgangsproject dat belooft om de mens gelukkig te maken. Ik wil erachter komen hoe deze belofte precies in elkaar zit, en welke mechanismes deze belofte moet vervullen. Ik zal ontdekken dat die mechanismes niet bieden wat ze beloven, maar langzaam juist ondermijnen wat we eigenlijk zochten. Deze gestroomlijnde wereld gaat steeds meer lijken op een machine die we niet meer kunnen bijsturen, die wij niet meer beheersen, maar die ons beheerst en nodig heeft als radertjes die efficiënt moeten draaien. Dat is mijn centrale stelling.

Die twee concepten of metaforen, hyperrealiteit en machine, zijn eigenlijk de twee hoofdlijnen in mijn boek. Ze draaien om elkaar heen, ze waaieren soms net de andere kant uit, en soms raken ze elkaar, maar ik laat ze naast elkaar staan omdat het volgens mij wel goede inzichten oplevert. De hyperrealiteit gaat meer over onze persoonlijke ervaring, dus daar begin ik mee. Hoe de mechanismes erachter werken, daar kom daarna.

Het laatste deel van het boek is iets persoonlijker. Ik geloof namelijk niet dat dit probleem met een betere organisatie of politiek te fiksen is. Volgens mij is het een spiritueel probleem, en zullen we er dus ook een spiritueel antwoord op moeten vinden. Met zo'n spiritualiteit kunnen we bevrijd worden van de afhankelijkheid van de middelen, de dictatuur van de machine. Tegenover het leven in de hyperrealiteit stel ik het leven in de volle realiteit. Daar, in de weerbarstige realiteit, in de modder, tussen de mensen, tussen problemen, is ook het goede leven te vinden, dat veel sterker en mooier en duurzamer is dan welke machine dan ook.

Ik hoop dat je door dit boek geïnspireerd zult zijn om dat goede leven te zoeken.
|
Een ander boek dat hij schreef met Freek Koster. Economie op ramkoers : waarom onze economie ontploft als we vertragen en ook als we doorrijden (2010)

Lees ook: De cirkel van Dave Eggers uit 2013.

Terug naar Overzicht alle titels

woensdag 10 juni 2015

Albert Jan Kruiter en Clara Pels

De dag dat Peter de deur dichttimmerde : waarom mensen die onze hulp het hardst nodig hebben niet geholpen worden
Van Gennep 2012, 171 pagina's - € 16,--

Albert Jan Kruiter (1976) en Clara Pels (1962) en het Instituut voor Publieke Waarden

Korte beschrijving
Dit op ware feiten gebaseerde boek schetst de situatie van een (fictief) multi-probleem gezin (twee ouders, zes kinderen) waar maar liefst negentien professionals bij betrokken zijn. Alle professionals vertellen het verhaal van het gezin vanuit hun eigen gezichtspunt. Ondanks alle goede bedoelingen blijft het gezin verstoken van de hulp die het echt nodig heeft. Armoede heeft een belangrijke invloed op alle levensgebieden, maar wordt nauwelijks gezien en aangepakt. De manier waarop we de hulpverlening organiseren, de systeemwereld, sluit niet aan bij wat deze gezinnen nodig hebben. De auteurs reiken geen oplossing aan, maar beperken zich tot een schets van het probleem. Het daagt beleidsmakers uit om, met de actuele ontwikkelingen in de jeugdzorg, een fundamenteel ander systeem te bedenken. De auteurs zijn beiden werkzaam in het welzijnswerk en mede-oprichters van het Sociaal Hospitaal, een onlinepoli voor mensen met meerdere problemen.

Fragment uit (het) Nawoord
Dre casus van Peter en Sharon laat de paradox van de huidige verzorgingsstaat zien. Degenen die hulp het hardst nodig hebben, worden door het systeem uitgesloten. En de professional die net iets meer doet omdat het nodig is, wacht een functie als zondebok. Iedereen die in de sector werkt, in welke hoedanigheid dan ook, weet dat dit zo gaat. En niemand die in de sector werkt, in welke hoedanigheid dan ook, wíl dat dit zo gaat. En toch gebeurt het.
  De machteloosheid die een dichtgetimmerd systeem met zich meebrengt, zorgt voor een veelvoud van verklaringen. Zo zou men onvoldoende informatie delen, geen regie kunnen voeren, te veel labels plakken, te weinig professionele ruimte hebben, te weinig lef, te veel medicaliseren. Op basis van dergelijke verklaringen wordt aan het werk gegaan om een systeem dat niet werkt verder te perfectioneren en te verbijzonderen. Aan de slag met nieuw beleid, meer preventie, stepped care en integraliteit.
  Maar de wereld van een multiprobleemgezin bestaat niet uit omzet, prognoses of producten, uit 'compartimenten', 'keukentafelgesprekken' of 'eigen kracht'. Dat is de wereld van de ambtenaar, de manager en de beleidsadviseur. De wereld van een multiprobleemgezin bestaat wel uit bestaansonzekerheid, exclusie, wantrouwen, onrust en chronische stress. De brug tussen de systeemwereld van beleidsmakers, managers en politici en de leefwereld van mensen zoals Peter en Sharon wordt gevormd door de professionals, wiens wereld bestaat uit permanent wisselend beleid, dilemma's, afwegingen, onduidelijkheden, irrelevante informatie en organisatiebelangen die maar moeilijk in 'Eén gezin, één plan' te vangen zijn. (pagina 163-164)

Lees vooral ook
Sendhil Mullainathan & Eldar Shafir. Schaarste : hoe gebrek aan tijd en geld ons gedrag bepalen (2013)
Jan Schuurman Hess. Voettocht naar het hart van het land : hoe sociaal en democratisch zijn we nog? (2014)
Arthur Gotlieb. Operatie 'werk Arthur de deur uit' : dagboek van een ongewenste werknemer (2014)

en

Albert Jan Kruiter & Eelke Blokker. In ons belang : pleidooi voor publieke waarden (2011)

Artikel: Hoe waardeer je een maatschappelijk initiatief? (juni 2015)

Terug naar Overzicht alle titels

maandag 1 juni 2015

Hoe verandert internet je manier van denken?

Hoe verandert internet je manier van denken?
Maven 2011, 413 pagina's

Lenen als E-book via bibliotheek.nl

Oorspronkelijke uitgave: Is the internet changing the way you think? : the net's impact on our minds and future (2011)

Korte beschrijving
Sinds 1988 houdt de Edge Foundation zich bezig met het propageren van een 'derde cultuur' (een term die verwijst naar 'Two Cultures' van C.P. Snow, de alfa's en de bêta's). Onder 'derde cultuur' wordt daarbij verstaan het werk van intellectuelen die kritische vragen stellen, op een manier die niet alleen henzelf maar ook het grote publiek aan het denken zet. Een van de activiteiten van Edge is het jaarlijks voorleggen van een prikkelende vraag aan topwetenschappers en andere intellectuelen, en het in boekvorm publiceren van hun antwoorden. De vraag van 2010 was: 'Hoe verandert internet je manier van denken?' 151 denkers, meest wetenschappers, geven in een paar bladzijden een hoogst persoonlijk antwoord op die vraag. Doordat elke vorm van discussie ontbreekt, zeggen deze stukjes vaak meer over de schrijver dan over het thema. En juist dat maakt ze interessant, want het gaat om grote namen. Al moet de lezer wel zoeken, want de stukjes staan niet op alfabet volgens de naam van de auteur en een index ontbreekt. Wel vermeldt elk stukje minimale biografische gegevens.

Fragment uit de bijdrage van Charles Seife: Ik heb mijn geheugen uitbesteed
Het ging zo geleidelijk dat het me eerst niet opviel. Achteraf gezien was het al aan de gang vóór de komst van internet. De eerste symptomen ontsieren nog steeds de boeken in mijn bibliotheek. Elk ezelsoor staat voor een leemte in mijn geheugen. Ik probeerde niet een passage in het boek, of een belangrijke statistiek te onthouden, maar ik nam de gemakkelijkere weg: markeren waar de informatie stond. Elk ezelsoor is een metageheugen, een verwijzing naar een idee dat ik wilde onthouden, terwijl ik er tegelijkertijd te lui voor was.
 Door internet werd deze gewoonte de belangrijkste manier om kennis op te slaan. Terwijl het web groeide, zwollen mijn browsers met bookmarks - informatie die ik belangrijk vond, maar niet wilde onthouden. Toen zoekmachines volwassener werden, deed ik zelfs niet meer aan bookmarks. Ik vertrouwde er gewoon op dat Alta-Vista, Hotbot en later Google me zouden helpen ideeën te vinden en onthouden. Mijn metageheugen, de verzameling verwijzingen naar ideeën, werd langzamerhand vervangen door meta-metageheugen - verwijzingen naar verwijzingen van gegevens. Dagelijks groeide dit metageheugen in mijn brein, verwijzingen naar verwijzingen naar verwijzingen, op plekken waar ideeën of feiten zouden moeten zitten.
  Tegenwoordig berg ik minder op in het labyrinth van mijn brein, en meer in de grote hoop van mijn vaste schijf. Daardoor kost het indelen - zorgen dat ik het allemaal weer kan terugvinden - net zo veel tijd als het vergaren van de informatie. Mijn geheugen zit in mappen, in mappen in mappen. Gemakkelijk toegankelijk en gemakkelijk op te zoeken, als mijn metageheugen mij in de steek laat (met andere woorden: als ik niet meer weet waar ze staan). Als een bestand beschadigd raakt, heb ik alleen een verwijzing over, een leegte waar een idee zou moeten zitten, een geest van een gestorven gedachte ... (pagina 310-311)

Terug naar Overzicht alle titels

Bas Jacobs

De prijs van gelijkheid
Bert Bakker 2008, 252 pagina's
Derde, geheel herziene druk, 341 pagina's  (2015) - € 19,95

Wikipedia: Bas Jacobs (1973)

Waarschuwing: bevat formules

Dit boek is de uitgebreide versie van de oratie uitgesproken op 26 mei 2008 aan de Erasmus Universiteit Rotterdam

Korte beschrijving
Het boek is de geheel herziene derde druk van een beschouwing op basis van de oratie van prof.dr. B. Jacobs (Erasmus Universiteit) uit 2008. Hij onderzoekt hierin òf, en zo ja hoe de overheid de herverdeling van inkomen en vermogen kan organiseren, en wat de kosten in termen van welvaartsverlies daarvan zijn. Na het verschijn van het boek van Piketty in 2014 is dat een zeer actueel thema. Het boek van Jacobs is echter nog moeilijker te lezen dan dat van Piketty. In ruim driehonderd pagina's, eindigend in een indrukwekkende bibliografie, leidt de schrijver ons via grafieken, tabellen en formules door die zoektocht. Maar halverwege de tocht zijn alleen de geschoolde algemeen economen nog over. In deze uitgave zijn recente gegevens, ontwikkelingen en inzichten verwerkt..

Tekst website uitgever (3e druk)
De prijs van gelijkheid
In De prijs van gelijkheid gaat econoom Bas Jacobs op zoek naar de heilige graal van de welvaartseconomie. Hoe kunnen inkomen en vermogen zo doelmatig mogelijk worden herverdeeld? Herverdeling is kostbaar. De maatschappelijke welvaart daalt gemiddeld met tien cent per herverdeelde euro. En de laatste euro herverdeling - de prijs van gelijkheid - kost zelfs 50 cent aan welvaart. Jacobs toont aan dat veel overheidsbeleid doelmatig noch rechtvaardig is. De progressie van de inkomstenbelasting is niet optimaal. De werkende armen zouden veel minder belasting moeten betalen en de middengroepen juist meer. Werkende armen zijn ook veel beter geholpen met een lager minimumloon in ruil voor belastingverlaging. Het toptarief op arbeidsinkomen knijpt de rijken maximaal uit. Vermogensinkomsten en -winsten moeten volgens Jacobs zwaarder worden belast, net als erfenissen. En grootschalige subsidies op pensioenen en huizen kunnen worden afgebroken. De vlaktaks vindt Jacobs een economisch onzinnig idee. En het basisinkomen is het meest ondoelmatige herverdelingsbeleid denkbaar. Eén btw-tarief is goed, maar bij een verdere vergroening van het belastingsysteem heeft Jacobs twijfels.

Prof. dr. Bas Jacobs (1973) is sinds 2007 hoogleraar economie en overheidsfinanciën aan de Erasmus School of Economics.

'De prijs van gelijkheid toont aan hoe een rechtvaardige belastingheffing te realiseren tegen de laagste kosten. Jacobs kan dit bevlogen en scherp aan een groot publiek overbrengen. Hij voegt zich moeiteloos in het eminente gezelschap van topwetenschappers als Stiglitz en Piketty.'Rick van der Ploeg, Hoogleraar Economie, Universiteit van Oxford en Vrije Universiteit Amsterdam

'Dit is een van de meest krachtige en bewogen analyses van de economie van belastingheffing in ons land. Een buitengewoon boek: helder, evenwichtig, voortreffelijk en met passie geschreven.'Sijbren Cnossen, Hoogleraar Fiscale Economie Universiteit van Pretoria en directieadviseur van het CPB

'Bas Jacobs is een zeldzame econoom. Hij paart wetenschappelijke klasse en onafhankelijkheid in zijn denken aan grote hartstocht voor beleid. En hij schrijft ook nog eens goed. Dit boek is voor alle Nederlanders met een mening over het basisinkomen, een kleptocratentax, vergroening van de belastingen of de sterfbelasting. Vergeet die mening maar even. Eerst Jacobs lezen, dan pas je mening geven.' Frank Kalshoven, Directeur De Argumentenfabriek en columnist de Volkskrant

'Dit boek is een cadeau voor Nederland. Met wetenschappelijk enthousiasme ontpopt Jacobs zich tot de Piketty van de lage landen. Haarscherp en intuïtief toegankelijk. Dit is verplichte literatuur voor alle studenten en Haagse beleidsambtenaren en een absolute aanrader voor iedereen met interesse voor economie en politiek.'Ruud de Mooij, Onderdirecteur Divisie Belastingbeleid, IMF

Fragment uit 1. Inleiding - Van de verdeling komt de winst
Toen ik voor het eerst over het terrein van de Erasmus Universiteit een wandeling maakte, zag ik het citaat van Jan Tinbergen "Van de verdeling komt de winst" op een laag muurtje staan ergens op een pleintje tussen twee gebouwen. De opmerking intrigeerde me, want ik begreep het niet direct. Van de verdeling komt geen winst maar verlies, zo was mijn eerste stereotiepe economengedachte. Maar na enige overpeinzing leek het mij uitgesloten dat Tinbergen dingen zou beweren die in flagrante tegenspraak met elkaar zouden zijn.
  Het laatste advies van de Raad voor Economisch Adviseurs (2007) had tot mijn verbazing ook die titel. Zij wisten te melden dat "Van de verdeling komt de winst" de tekst was waarmee Tinbergen zijn boeken soms van een ex libris voorzag. De REA geeft ook een verklaring van de nogal cryptische tekst. Ze schrijven Tinbergen's motto toe aan de economische voordelen van arbeidsverdeling en specialisatie, zowel op individueel niveau als landniveau. Die thema's gaan honderden jaren terug op de ideeën van Adam Smith (1776) en David Ricardo (1817), de aartsvaders van de economische wetenschap. In dit licht bezien is Tinbergen's opmerking misschien wel te plaatsen, maar vergezocht. Tinbergen had uitgesproken egalitaire opvattingen. En ik vind het moeilijk voorspelbaar dat Tinbergen op de eerste bladzijde van zijn boeken de loftrompet heeft willen steken op de voordelen van voortschrijdende arbeidsspecialisatie en vrijhandel.
  Ik denk dat Tinbergen iets anders heeft bedoeld. (pagina 15)

Terug naar Overzicht alle titels

Stéphane Hessel 2

Neem het niet!
Van Gennep 2011, 31 pagina's

Oorspronkelijke titel: Indignez vous! (2010)

Wikipedia: Stéphane Hessel (1917-2013)

Korte beschrijving
De reële dreiging dat het fundament onder de sociale verworvenheden wordt ondergraven is aanleiding voor Stéphane Hessel (Berlijn 1917; joodse vader, Frans filosoof, als verzetsstrijder gedeporteerd naar Buchenwald, diplomatieke carrière) op te roepen tot verontwaardigd verzet (oorspronkelijke titel: "Indignez-vous!") tegen allerlei vormen van maatschappelijke scheefgroei. Een oproep met luidruchtige en veelzijdige weerklank. Inderdaad, Hessel raakt nogal wat gevoelige snaren. Hij spuwt zijn gal uit over de onbeschaamde macht van het geld, de aanpak van de immigratieproblematiek, de oorlogsmisdaden van Israël, maant de jongere generaties de onverschilligheid af te schudden, stelling te nemen tegen alle verloedering, te streven naar verzoening met culturen die anders zijn. Leidraad bij zijn diatribe is steeds de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, die hij in 1948 mee heeft helpen opstellen. Het resultaat is een bewogen, felle oproep tot actief burgerschap, een controversieel pamflet dat de afgelopen maanden in Frankrijk voor veel rumoer zorgde.

Fragment
Deze principes en deze waarden hebben we nodig, vandaag meer dan ooit. Het is aan ons om ervoor te zorgen dat onze maatschappij een maatschappij blijft waar we trots op kunnen zijn: niet deze maatschappij van illegalen, van uitzettingen, van achterdocht als het gaat om immigranten; niet deze maatschappij waar de pensioenen weer ter discussie worden gesteld, en de verworvenheden van het sociale stelsel, niet deze maatschappij waar de media in handen zijn van de welgestelden, allemaal dingen waarmee we zouden hebben geweigerd in te stemmen, als we de ware erfgenamen van de Nationale Raad van het Verzet waren geweest. (pagina 7-8)

Terug naar Overzicht alle titels

Femke Halsema

Geluk! : voorbij de hyperconsumptie, haast en hufterigheid
Bert Bakker 2008, 160 pagina's

Wikipedia: Femke Halsema (1966) en haar website

Korte beschrijving
De auteur, politica, heeft een essay geschreven over overmatige consumptie. Ze analyseert de hyperconsumptie van zowel zichzelf als de samenleving. Ze komt tot de conclusie, dat dit gedrag negatieve gevolgen heeft voor de samenleving, zodat op politiek niveau andere keuzes nodig zijn. Onze consumptie leidt tot uitputting van natuurlijke bronnen, vermindering van de biodiversiteit en een grotere tweedeling tussen rijk en arm. De nadruk op individuele maximalisatie van geluk, inkomen en luxe vermindert de onderlinge verdraagzaamheid en roept gedrag op van vooropstelling van het eigen recht en grove afwijzing van de ander. Zij tekent daartegenover in enkele schetsen, dat politieke invloed op het consumentengedrag nodig is om de aanpassing van de individuele consumptie van burgers (meer solidariteit en weerbaarheid) te stimuleren. Daardoor kan het geluk van mensen toenemen. Een maatschappijkritisch boek met een logische opbouw, gebaseerd op de actuele situatie. Bestemd voor een politiek geïnteresseerd publiek.

Fragment uit Niemand wil een sukkel zijn
Ik ben een consument zoals de meesten van ons. Op verveelde momenten speur ik internet af op zoek naar koopjes. Via de glossy's ben ik op de hoogte van alle modetrends en - ondanks goede voornemens - val ik elk seizoen wel een keer voor een kledingstuk dat een jaar later ongedragen naar d ekledingkast van ene vriendin verhuist. Bijna elke vrije zaterdagochtend, als ik de verplichte weekboodschappen doe, kom ik thuis met een 'traktatie' voor mezelf: overbodige keukenspullen, een nieuw boek dat op de stapel 'ongelezen' gaat, kleding of make-up. Soms is het excuus dat ik het 'echt' nodig heb, meestal vind ik dat ik het  verdiend' heb na een week te hard werken. Af en toe schaam ik me zo over ene impulsaankoop dat ik 'm wegmoffel in een kast om te verstoffen.
Consumeren is lekker. Het troost en het is de kortste route naar een gelukkiger leven. Met make-up en kleding beloof ik mezelf een stralend en zelfverzekerd uiterlijk, keukenspullen zijn het begin van aandachtige en liefdevolle avonden koken voor vrienden, en met elk nieuw boek neem ik me voor dat de tv 's avonds uitblijft. Als ik na verloop van tijd de beloften niet heb waargemaakt, begin ik fris met nieuwe aankopen en nieuwe voornemens.
 Zoals de meesten van ons ben ik ook een consument met schuldgevoel. Als de postbode een internetpakketje aflevert kijk ik schuldbewust naar mijn partner, of deel hem ongevraagd en beschuldigend mee dat hij een paar weken geleden ook iets voor zichzelf kocht. Net als al die andere consumenten weet ik heel goed dat ik mezelf voor de gek houd. Terwijl ik geleidelijk bezwijk onder de potentiële hobbyartikelen en overbodige luxegoederen, verandert mijn levensstijl nauwelijks. Het omgekeerde is eerder het geval. Hoewel bijna elk consumptieartikel wordt gekocht om meer te ontspannen, beter te eten en gezonder en tevredener te leven, is juist mijn koopgedrag de afgelopen jaren mijn leven meer gaan beheersen. De drempel voor een nieuwe aanschaf is lager geworden en de vanzelfsprekendheid van 'even shoppen' groter. Consumeren heeft een groter beslag gelegd op mijn financiën en schaarse vrije tijd. (pagina 9-11)

Terug naar Overzicht alle titels

Micha de Winter

Verbeter de wereld, begin bij de opvoeding : vanachter de voordeur naar democratie en verbinding
SWP 2011, 158 pagina's - € 19,95

Wikipedia: Micha de Winter (1951)

Korte beschrijving
Opvoedkunde en de bestudering ervan hebben een rol als het gaat om wereldvraagstukken als democratisch burgerschap, humaniteit en vrijheid. In een zestal samenhangende essays wordt deze stelling onderbouwd. De eerste twee gaan over het jeugdbeleid en de geschiedenis daarvan, waarbij het politieke debat de ene keer uitgaat van de aanpak van verdorven kinderen en hun ouders en de andere keer van het bestrijden van sociale problemen. Vervolgens wordt het probleem van de kindermishandeling in een breder kader geplaatst en wordt het begrip pedagogische civil society geïntroduceerd als een pleidooi voor een gemeenschappelijke aanpak en het versterken van verbindingen tussen jong en oud in hun woonomgeving. De laatste twee behandelen de rol van opvoeding en onderwijs in relatie tot het belang van de democratische rechtstaat en de vraag of zij ook een bijdrage kunnen leveren bij het tegengaan van verwerpelijke verschijnselen die zijn gericht tegen bevolkingsgroepen. Voor iedereen die belangstelling heeft voor de betekenis en plaats van de opvoedkunde in deze tijd biedt dit boek allerlei nieuwe perspectieven.

Fragment uit 6. Het kwaad als pedagogisch probleem
In Cultivating Humanity (1997) laat Martha Nussbaum zien dat medemenselijkheid ontstaat wanneer er via onderwijs en opvoeding drie soorten capaciteiten tot ontwikkeling worden gebracht. In de eerste plaats gaat het om het vermogen tot kritisch zelfonderzoek en tot kritisch denken over de eigen cultuur en tradities; ten tweede om het vermogen zichzelf te zien als een menselijk wezen dat per definitie in relatie tot anderen staat; en ten derde om het vermogen zich in anderen te verplaatsen (empathie). Door bijvoorbeeld met kinderen andere culturen en samenlevingen te bestuderen, leren ze niet alleen zich met anderen te identificeren, maar leren ze bovendien de impliciete vanzelfsprekendheden van hun eigen cultuur te doorgronden. Op deze manier, zegt Nussbaum, ontstaat een vorm van wereldburgerschap die uiteindelijk nodig is om een eind te kunnen maken aan chauvinisme, morele uitsluiting en grootschalig geweld. Deze gedachte ligt sterk in het verlengde van wat Hannah Arendt 'enlarged mentality' noemde: om te kunnen oordelen over anderen en om waardering op te kunnen brengen voor het bijzondere, moeten mensen de verbeeldingskracht ontwikkelen om 'op reis te gaan' in de gedachtewereld van anderen ('go visiting'). Alleen zo kan worden vermeden dat waarheden van sommigen ontaarden in totalitarisme. (pagina 126)


Terug naar Overzicht alle titels

Andrew Keen 2

De @-cultuur : hoe internet onze beschaving ondermijnt
Meulenhoff 2008, 256 pagina's

Oorspronkelijke titel: The cult of the amateur (2007)

Wikipedia: Andrew Keen (1960) en zijn website

Korte beschrijving
Een felle aanklacht tegen de vermeende zegeningen van het internet: onwetendheid, egoïsme, slechte smaak en de heerschappij van het gepeupel. De deskundige journalist wordt vervangen door de blogger, de vakliteratuur door de door amateurs gevulde wikipedia, de reclame en de leugen regeren op YouTube, het illegaal downloaden van muziek wordt niet eens meer gezien als diefstal, en de verslaving aan gokken en porno neemt schrikbarende vormen aan. Om van de internetverslaving niet te spreken. Een stortvloed van feiten, meningen en voorbeelden, uitermate leesbaar, zij het af en toe wel wat veel van het goede. Het voorlaatste hoofdstuk is getiteld 'Oplossingen', maar dat heeft helaas weinig te bieden. Met eindnoten en index.

Fragment uit 2. De nobele amateur
Wat krijgen we in ruil voor de gratis inhoud van de amateurs? We krijgen, uiteraard, wat we verdienen. Wat we krijgen is in de woorden van de grote denker en schrijver Lewis Mumford 'een toestand van geestelijke verzwakking en domheid die nauwelijks van ernstige onwetendheid te onderscheiden is'.  Redacteuren, technici, cultuurbewakers en deskundigen helpen ons op allerlei gebieden een schifting te maken tussen dat wat de moeite waard is om tijd aan te besteden en dat wat we beter kunnen laten voor wat het is. Hoewel de vakmensen - redacteuren, geleerden, uitgevers- stellig de slachtoffers zijn van een internet dat hun positie en waarde ondergraaft, zijn de grootste slachtoffers toch wij, de eindgebruikers van Wikipedia en de blogs en de 'gratis' inhoud die hardnekkig onze aandacht opeisen. En als er onjuiste informatie wordt verspreid, zijn wij het die onder de gevolgen moeten lijden. Want het treurige feit is dat dr. William Connelly dan misschien wel bij machte mag zijn om een onderscheid te maken tussen de wartaal van de slecht ingelichte betweter; de gemiddelde internetgebruiker is dat niet. Wij gaan ervan uit dat de informatie die we opnemen betrouwbaar is. (pagina 63)

Lees: Newspeak: sociaal lezen (oktober 2012)

Terug naar Overzicht alle titels

Jaron Lanier

Nee, je bent geen gadget
Contact 2010, 271 pagina's - €19,99

Lenen als E-book via bibliotheek.nl

Oorspronkelijke titel: You are not a gadget (2010)

Wikipedia: Jaron Lanier (1960) en zijn website

Korte beschrijving
Jaron Lanier (filosoof, kunstenaar, muzikant, computertechneut en internetvisionair) heeft een manifest geschreven waarin hij terugkijkt op de internetrevolutie. Verbazingwekkend: hij blijkt van pleitbezorger veranderd te zijn in criticus, die nu de strijd aanbindt met het ontmenselijkende effect van de moderne computertechnologie. Hij ontziet daarbij geen enkel heilig internethuisje: van cloud computing en Web 2.0 tot Google, Facebook, Wikipedia en Twitter. Zijn belangrijkste punt: deze internetgiganten beperken hun gebruikers, door hen als niet veel anders te zien dan een bron van marketingdata en hen in een softwarematig keurslijf te dwingen. Dit leidt tot verarming: collectiviteit gaat boven individu, kwantiteit boven kwaliteit. Lanier provoceert en prikkelt, maar irriteert soms ook als hij wat doordraaft. Het boek biedt ook geen overkoepelend gedachtegoed, meer losse denkflodders. Het dwingt je wél om na te denken over de dingen die we zo vanzelfsprekend vinden van het web. Provocatief boek, bezield pleidooi. Helaas minder toegankelijk door moeilijk taalgebruik.
Manifest over de hedendaagse invloed van computertechnologie en internet, zoals intimidatie op sociale netwerken, diefstal van bestanden en inbreuk op privacy.

Fragment uit 2. Een apocalyps van zelfontkenning
De empathiecirkel
De belangrijkste vraag die we ons met betrekking tot elke technologie moeten stellen is hoe deze de mensen verandert. En om die vraag te kunnen stellen pas ik al jaren een mentale kunstgreep toe die ik de 'empathiecirkel' noem. Wellicht vind jij het ook handig. (Peter Singer, de Princeton-filosoof die vaak met dierenrechten wordt geassocieerd, gebruikt een soortgelijke term en idee, klaarblijkelijk een gelijktijdige vondst).
Je tekent een denkbeeldige empathiecirkel. Deze omcirkelt de persoon op enige afstand en omvat die dingen in de wereld die empathie verdienen. Ik houd van de term 'empathie' omdat die een spirituele ondertoon heeft. Een woord als 'sympathie' of 'loyaliteit' zou misschien preciezer zijn, maar ik wil dat de gekozen term ietwat mystiek is, om de suggestie te wekken dat we wellicht niet helemaal kunnen begrijpen wat zich tussen ons en anderen afspeelt, dat we de mogelijkheid open moeten laten dat de relatie niet in een digitale database kan worden weergegeven.
 Van iemand die binnen jouw empathiecirkel valt, zou je niet graag zien dat die gedood wordt. Iets wat duidelijk buiten de cirkel valt is vogelvrij. De meeste mensen zouden bijvoorbeeld alle ander mensen binnen de cirkel plaatsen, maar de meesten van ons hebben liever dat bacteriën bij het tandenpoetsen worden gedood en hebben er al helemaal geen moeite mee als ze zien dat een levenloze steen opzij wordt gegooid om een pad vrij te houden.
 Het netelige punt is dat sommige entiteiten zich nabij de rand van de cirkel ophouden. De heftigste controverses draaien vaak om de vraag of iets of iemand net binnen of net buiten de cirkel moet komen. Zo berust het idee van slavernij op het plaatsen van de slaaf buiten de cirkel, om sommige mensen onmenselijk te maken. De cirkel steeds ruimer maken zodat deze alle mensen omvat, en een einde maken aan de slavernij, is een van de epische ontwikkelingen in de geschiedenis van de mens - en is nog niet helemaal voorbij.
 Nogal wat andere controversiële onderwerpen passen ook goed in het model. Bij de strijd inzake abortus gaat het om de vraag of een foetus of embryo binnen de cirkel hoort of niet, en bij de discussies over dierenrechten gaat het om dezelfde vraag ten aanzien van dieren.
 Als je de inhoud van de cirkel verandert, verander je je idee over jezelf. Het middelpunt van de cirkel verschuift als de omtrek verandert. De impuls om de cirkel ruimer te maken is progressief, terwijl conservatieven de neiging hebben deze te begrenzen of zelfs te verkleinen. (pagina 57-58)

Terug naar Overzicht alle titels

De twintig boeken die ons denken veranderden

De twintig boeken die ons denken veranderden : samengesteld door Casper Thomas
Amsterdam University Press 2015, 208 pagina's - € 14,95

Lenen als E-book via bibliotheek.nl

Korte beschrijving
Boeken met titels zoals 'de' biografie van, of in dit geval 'de' twintig boeken die ons (!) denken veranderden, klinken snel pretentieus, omdat – hoe belangrijk de besproken boeken ook zijn – het ook maar weer 'een' keuze is. In het slechtste geval worden er bovendien alleen maar andere boeken dunnetjes naverteld; in het beste geval wordt wel degelijk duidelijk waarom deze twintig boeken belangrijk zijn. Gelukkig zijn de essays in deze verzamelbundel, geschreven door veertien verschillende auteurs, voorbeelden van het laatste. Het juiste boek op het juiste moment. Men heeft zich bewust beperkt tot boeken van na 1945. Beroemde filosofen en cultuurcritici passeren de revue, zoals De Beauvoir, Foucault, Arendt, Dawkins, Betty Friedan, Herbert Marcuse, Milton Friedman, Edward Said, Samuel Huntington en Naomi Klein. Uit deze opsomming blijkt al de breedte van de onderwerpen van de besproken boeken. Opvallend is de aandacht voor feminisme en andere 'verworpenen'. De meeste auteurs gaan vrijelijk en creatief met hun onderwerp om en schromen niet af en toe een kritische positie ten aanzien van het besproken boek in te nemen.

Tekst op website uitgever
Het gebeurt heel af en toe. Er verschijnt een boek waarover iedereen het heeft en nog jaren napraat. Alles lijkt op zo'n moment samen te vallen: een schuivende tijdgeest, een scherpe denker die naar voren treedt en een hongerig publiek op zoek naar nieuwe inzichten. In 'De twintig boeken die ons denken veranderden' presenteren redacteuren en medewerkers van De Groene Amsterdammer de eigentijdse klassiekers die onze blik op de wereld voorgoed deden kantelen.

De twintig boeken die ons denken veranderden gaat bijvoorbeeld over 'The End of History and the Last Man' van Francis Fukuyama, die een finale triomf van de liberale democratie voorspelde. Over Naomi Kleins 'No Logo', het handboek voor 'andersglobalisten' waarmee uiteindelijk reclamemakers aan de haal gingen. Over Edward Said die de westerse koloniale blik ontmaskerde in 'Orientalism'. Over 'Le Deuxième Sexe' van Simonec de Beauvoir, die het feminisme van een intellectuele grondslag voorzag. En over Richard Dawkins, die met 'The Selfish Gene' mensen vertrouwd maakte met hun eigen genen.

De twintig boeken die besproken worden zijn:
1. Simone de Beauvoir - Le Deuxième Sexe door Nina Weijers (De tweede sexe)
2. Franz Fanon - Les Damnés de la Terre door Hassan Bahara
3. Michel Foucault - Histoire de la folie à l'âge classique- Folie et déraison door Marijn Kruk (Geschiedenis van de waanzin in de zeventiende en achttiende eeuw)
4. Rachel Carson - Silent Spring door Jelmer Mommers
5. Betty Friedan - The Feminine Mystique door Marja Pruis
6. Hannah Arendt - Eichmann in Jerusalem: A Report on the Banality of Evil door Xandra Schutte (Eichmann in Jeruzalem : de banaliteit van het kwaad)
7. Herbert Marcuse - One Dimensional Man: Studies in the Ideology of Advanced Industrial Society door Casper Thomas
8. Richard Dawkins - The Selfish Gene door Casper Thomas (De eendimensionale mens)
9. Edward Saïd - Orientalism door Xandra Schutte10. Christopher Lasch - The Culture of Narcissism: American Life in an Age of Diminishing Expectations door Henri Beunders (Oriëntalisten)
11. Milton Friedman - Free to Choose: a personal statement door Koen Haegens
12. Neil Postman - Amusing Ourselves to Death: Public Discourse in the Age of Show Business door Joost de Vries (Wij amuseren ons kapot : de geestdodende werking van de beeldbuis)
13. Naomi Wolf - The Beauty Myth. How Images of Beauty Are Used Against Women door Margreet Fogteloo (De zoete leugen, of De mythe van de schoonheid)
14. Francis Fukuyama - The End of History and The Last Man door Casper Thomas
15. Samuel Huntington - The Clash of Civilizations and the Remaking of World Order door Rutger van der Hoeven en Casper Thomas (Botsende beschavingen)
16. Thomas Friedman - The Lexus and the Olive Tree door Chris van der Heijden
17. Naomi Klein - No Logo door Joost de Vries (No logo : geen ruimte geen keuze geen werk : de strijd tegen de dwang van de wereldmerken)
18. Robert Putnam - Bowling Alone: The Collapse and Revival of American Community door Aukje van Roessel
19. James Surowiecki - W isdom of the Crowds. Why the Many Are Smarter Than the Few and How Collective Wisdom Shapes Business, Economies, Societies and Nations door Casper Thomas (Twee weten meer dan een : waarom het beter is groepsbeslissingen te nemen)
20. William Easterly - The White Man's Burden: Why the West's Efforts to Aid the Rest Have Done So Much Ill and So Little Good door Rutger van der Hoeven

Terug naar Overzicht alle titels