dinsdag 29 september 2015

Paul Tough


Een kwestie van karakter : waarom doorzettingsvermogen en nieuwsgierigheid belangrijker zijn dan IQ

Business Contact 2015, 277 pagina's - € 19,99

Lenen als E-book via bibliotheek.nl

Oorspronkelijke titel: How children succeed : grit, curiosity and the hidden power of character (2012)

Wikipedia: Paul Tough (1967)

Korte beschrijving
De Amerikaanse auteur, journalist op het gebied van opvoeding, onderwijs en politiek, betoogt vanuit verschillende invalshoeken dat niet alleen intelligentie maar ook een 'sterk karakter' een voorwaarde is voor een succesvol leven. Aan de orde komen: hechting van kinderen in het gezin; vergelijking van onderwijsprogramma's op verschillende scholen; bestudering van het denkproces van kinderen bij het leren schaken; het nut van tegenslagen. De vele experimenten, onderzoeksresultaten en gesprekken met leerkrachten en leerlingen die hij beschrijft, leiden steeds tot dezelfde conclusie: doorzettingsvermogen, nieuwsgierigheid, zelfbeheersing en optimisme zijn minstens zo belangrijk als cognitieve vaardigheden; en deze karaktereigenschappen kunnen ontwikkeld worden. Achterin een notenlijst en een register. Een prettig leesbaar boek met interessante voorbeelden. Hoewel de opvattingen over onderwijs en opvoeding in Amerika wel enigszins verschillen van die in Nederland, zullen de uiteenzettingen over karaktervorming ook in ons land ouders en leerkrachten aanspreken.

Fragment uit de Inleiding
In de zomer van 2009, een paar weken nadat mijn zoon Ellington was geboren, zat ik een dag lang in een klaslokaal van een voorschoolse opleiding in ene klein stadje. Die twee gebeurtenissen hadden niets met elkaar te maken - ik zat niet als ouder in lokaal 140 van de Red bank Primary School om de klas te beoordelen, maar ik was journalist en wilde begrijpen wat er gebeurde. Op het eerste gezicht zag het lokaal er heel gewoon uit. De muren waren vrolijk geel geverfd. Naast het whiteboard stond de Amerikaanse vlag. In het lokaal waren peuters van vier tevreden bezig met de dingen die kinderen van die leeftijd zoal doen: torens bouwen van lego, met vrachtauto's spelen en legpuzzels maken. Maar naarmate de dag vorderde, besefte ik dat wat er in lokaal 140 gebeurde helemaal niet zo gewoon was. Ten eerste waren de leerlingen opvallend rustig en ordelijk. Er vloeiden geen tranen, de kinderen stortten niet in, ze hadden geen driftbuien en maakten geen ruzie. Het merkwaardige was dat juf Leonardo nauwelijks moeite deed om orde te houden. Ook het gedrag van de kinderen werd door haar niet openlijk gestuurd. Er waren geen waarschuwingen, gene gouden sterren die werden uitgedeeld, gene time-outs, geen 'kijk eens hoe goed Kelliane oplet!' - er waren zelfs helemaal geen beloningen of straffen voor gedrag.
 De kinderen in lokaal 140 namen deel aan het programma Tools of the Mind, een nieuw lesprogramma voor kinderen tot en met vijf jaar dat door twee pedagogen uit Denver is bedacht en dat zij baseren op een onorthodoxe theorie over de ontwikkeling van kinderen. Voor- en vroegschools onderwijs in de Verenigde Staten is bedoeld om schoolse vaardigheden te ontwikkelen die met lezen en rekenen te maken hebben. Tools of the Mind daarentegen richt zich hier niet op. De interventies zijn allemaal bedoeld om kinderen een ander soort vaardigheid aan te leren: het beheersen van impulsen, het concentreren op de activiteit en mentale valkuilen, emoties beheersen, gedachten organiseren. De bedenkers van Tools of the Mind geloven dat de kinderen met deze vaardigheden, die zij 'zelfregulering' noemen, betere resultaten zullen behalen in het onderwijs dan met de traditionele mix van schoolse vaardigheden. (pagina 7-8)

Youtube - Paul Tough - How Children Succeed (juni 2013) (4:33)



Terug naar Overzicht alle titels

maandag 28 september 2015

Simon Rozendaal


Alles wordt beter : nou ja, bijna alles!

Atlas Contact 2015, 192 pagina's - € 21,99

Lenen als E-book via bibliotheek.nl

Wikipedia: Simon Rozendaal (1951)

Korte beschrijving
De auteur is wetenschapper en een rasoptimist. Na zijn 'Het grote goed nieuws boek' (2007)* probeert hij opnieuw de lezer duidelijk te maken dat we in een wereld leven die op alle vlakken geëvolueerd is. Ondanks negatieve verhalen die ons bereiken, gebeuren er ook heel veel goede dingen. Hij staat stil bij verschillende 'one liners' waarbij 'vroeger was het beter' onderuit wordt gehaald door kundige analyses, verwijzingen naar diverse historische en hedendaagse feiten alsook raadpleging van wetenschappelijke onderzoeken. We leven nu langer, we zijn welvarender en hebben meer vrije tijd dan vroeger. De wereld is ook veiliger en we zijn minder vaak ziek. De auteur sluit zijn ogen niet voor de problemen, maar die zijn van alle tijden. Ondanks alles blijven velen onder ons bang voor de toekomst en zien ze het heden als een onveilig en onzeker klimaat om in te leven. Rozendaal nodigt dan ook diegenen uit om zijn boek te lezen en zich te vergewissen van al het goeds wat er in de afgelopen periode tot ons is gekomen. Prettig geschreven en toegankelijk voor iedereen. Met literatuuropgaven en een register.

Tekst op website uitgever

Wie de tv aanzet, de krant openslaat, naar de verhitte discussies aan de stamtafel luistert of de sociale media volgt, die weet zeker: het gaat slecht met de wereld. Onzin! zo laat Simon Rozendaal zien met kille cijfers en hartverwarmend optimisme. Lucht en water zijn schoner dan ooit. We leven langer, we zijn welvarender dan ooit, we behandelen dieren beter. Nog nooit was de kans zo klein om door geweld om het leven te komen. Ja, oorlogen zijn gruwelijk, maar het zijn er steeds minder, zelfs al zien we er meer van.

In Alles wordt beter! brengt Simon Rozendaal – na Het Grote Goed Nieuws Boek uit 2006 – voor de tweede keer de waarheid over het voetlicht. De vooruitgang heeft ons nog niet in de steek gelaten. Ja, natuurlijk zijn er problemen – die zullen er altijd zijn – maar het verleden heeft geleerd dat we die kunnen oplossen. Lang leve de mens!

Fragment uit  1. Over optimisme
Wie in huis om zich heen kijkt, ziet van alles dat er honderd jaar geleden niet was: de centrale verwarming, dubbel of driedubbel glas in de sponningen, de laptop, de thermostaat, de mobiele telefoon, ledlampen, de afzuigkap, de pluggen waarmee de schilderijen worden opgehangen, de elektrische boor, de hogedrukspuit waarmee het terras kan worden schoongemaakt, de televisie, de wasmachine, de droger, de vaatwasser, het koffiezetapparaat, de pvc-waterleiding, de magnetron.
  In de tamelijk korte periode dat ik leef, heb ik heel wat veranderingen meegemaakt. Mijn voormalige Elsevier-collega Annegreet van Bergen, die een paar jaar jonger is, heeft dat aansprekend opgeschreven in haar bestseller Gouden jaren, maar ook ik zal hier een korte poging wagen. (pagina 31)

Recensie op Mainzer Beobachter: Alles wordt beter!

Lees ook: Annegreet van Bergen. Gouden jaren : hoe ons dagelijks leven in een halve eeuw onvoorstelbaar is veranderd (2014)

Terug naar Overzicht alle titels

Tom-Jan Meeus



Haagse invloeden : hoe de Nederlandse politiek echt werkt
Nieuw Amsterdam 2015, 191 pagina's - € 18,99

Lenen als E-book via bibliotheek.nl

Tom-Jan Meeus (1961) en de Anne Vondelingprijs 2014 voor politieke verslaggeving

Korte beschrijving
Politieke journalisten beperken zich niet langer tot het schrijven in kranten en magazines. Steeds vaker worden hun ervaringen ook in boekvorm uitgebracht. Vlak na elkaar verscheen werk van Elseviers Eric Vrijsen, van ANP-reporter Fons Kockelmans en dit boek van NRC-columnist Tom-Jan Meeus (1961). Meeus geeft de lezer een kijkje in, wat hij noemt: 'de binnenwereld van de Haagse politiek'. Net als zijn collega's herinnert hij afgezaagd aan het duel tussen Verdonk en Rutte en aan de retoriek van Wilders. Originele onthullingen maken deze onvermijdelijke doublures echter meer dan goed. Zijn de zo zelfverzekerd overkomende politici achter de schermen wel zo stoer? Wie heeft er echt politieke invloed? Hoe gaat het werkelijk toe in de PVV? En hoe geheim is het werk van de AIVD? Meeus blijkt excellent te zijn ingevoerd in de Haagse 'leeuwenkuil' en maakt zijn lezers bedreven deelgenoot van waarover hij zich dagelijks verbaast. Niet voor niets werd zijn werk bekroond met de Anne Vondelingprijs. Politiek geïnteresseerden zullen zich met dit subliem geschreven boek geen seconde vervelen.


Tekst op website uitgever -De toestand van de Nederlandse politiek
Op wie moet je letten om Den Haag te begrijpen? Met die vraag in het achterhoofd loopt Tom-Jan Meeus de gangen van de macht af. Hij onderzoekt hoe het werkelijk toegaat binnen de PVV en de AIVD. Hij vertelt welke verborgen spindoctor het nieuws stuurt, welke lobbyist iedereen in zijn zak steekt, wie de machtigste ambtenaar is, wie in stilte de agenda voor de komende kabinetsperiode heeft ontwikkeld. Hij laat zien dat de democratie te koop staat en waarom politiek steeds meer trekken van reclame vertoont. Haagse invloeden schetst the story behind the story: de binnenwereld van de politiek; de politiek die zelden in beeld komt.

Fragment uit het Voorwoord
Hoe ziet de toekomst van onze politiek eruit? Nederland was eeuwenlang een consensusland, maar lijkt hard op weg een conflictmaatschappij te worden. De burger wil helderheid in plaats van gepolder, klare taal in plaats van getalm. Bijna alle nieuwe politieke energie bevindt zich nu op rechts, waar de belangstelling voor overleg en inschikken nooit groot was. Dus de huidige generatie politici wordt erop getraind niet langer met meel in de mond te praten, anders sneeuwt hun 'eigen verhaal' onder. Gevolg is de groei van wat ik de minipolitiek noem. Politiek als product van doelgroepdenken. Politiek die aan een zuiver standpunt voor de eigen achterban meer waarde toekent dan aan een prestatie voor de hele bevolking.
  Het heeft als effect dat de politiek is overgegaan op de schijntransparantie van de reclame; misschien wel de belangrijkste ontwikkeling. Politici die zichzelf in een mal gieten om opgemerkt te worden. Steeds dezelfde gezichten die, in steeds andere bewoordingen, eigenlijk steeds hetzelfde 'eigen verhaal' brengen: message control. D66 kom tmet Pechtold op voor het onderwijs, de SP is sociaal met Roemer, de PVV tegen de islam met Wilders. Zodat de kiezer vrijwel exact weet welk gezicht, welk standpunt en welke mentaliteit bij een partij horen.
  Het gaat gepaard met een razendsnelle groei van de lobbyistensector, waar prominente oud-politici riante tarieven opstrijken om het verhaal van hun voormalige collega's te ondermijnen. Haagse invloed als handelswaar, dit boek schetst er talrijke voorbeelden van. De ontwikkeling veroorzaakt dat de politiek in feite een bedrijf aan het worden is en Den Haag, als stad, steeds meer trekken van een politieke economie vertoont. Een wereld van professionals die moeiteloos van functie verwisselen - dan politicus, dan adviseur, dan lobbyist - met als voornaamste  constante dat hun inkomen stijgt en hun werkgever op een adres in Den Haag gehuisvest is. (pagina 8-9)

Terug naar Overzicht alle titels

donderdag 17 september 2015

Ap Dijksterhuis 2


Op naar geluk : de psychologie van een fijn leven

Prometheus- Bert Bakker 2015, 304 pagina's - - € 18,95

Wikipedia: Ap Dijksterhuis (1968)

Korte beschrijving
Geluk komt dichtbij welbevinden en welzijn, staten van bewustzijn die ieder mens – soms op wonderlijke wijze – nastreeft. Geluk verkregen door materiële zaken is van zeer korte duur, dat zal niemand verbazen. Wat zijn volgens de auteur wel de grote bronnen? Sociale contacten, iets weggeven en het gevoel deel uit te maken van een groter geheel scoren hoog, hetgeen meteen impliceert dat de mens zelf invloed erop kan uitoefenen. Dit kerngegeven is misschien wat mager – bovendien is er over geluk al veel onderzocht en geschreven – maar de onderbouwing, de presentatie van onderzoeken op dit terrein, de intrinsieke relativering en de meeslepende stijl maken dat het boek leest als een trein en dat de kennis beklijft. Het is geen zelfhulpboek in de gangbare zin, maar de aanpak is wel heel persoonlijk en de inhoud navoelbaar. De ontelbare wetenschappelijke onderzoeken op dit gebied blijven hopelijk het doel dienen dat ze bijdragen aan de toename van welbevinden voor een ieder; soms kun je daar een vraagteken bij plaatsen. Eerder verscheen van de auteur 'Het slimme onbewuste' (2007)*, een bestseller.

Tekst op website uitgever
Ons geluk hebben we voor een aanzienlijk deel in eigen hand. Voor 50 procent zelfs, zo vertelt de hedendaagse wetenschap ons. In de zoektocht naar het begrijpen van geluk verbindt Ap Dijksterhuis met veel vaart en humor de moderne psychologie en neurowetenschap met de klassieke westerse filosofie en oosterse filosofie. De lezer wordt meegenomen langs het boeddhistische ideaal van mindfulness en het heilzame effect van reizen, langs de vraag of we een vrije wil hebben, langs de overeenkomst tussen het geloof in een God en het bezoek aan een popfestival, langs de wijsheid van John Lennons moeder en de valkuilen van de consumptiemaatschappij, langs Socrates' ideeën over de zorg voor de ziel, langs de beste manier om de juiste doelen te stellen, en de typisch eenentwintigste-eeuwse vraag hoe vaak je, voor je eigen gemoedsrust, nu eigenlijk je e-mail moet lezen.
In zijn bestseller Het slimme onbewuste schreef Dijksterhuis dat, hoewel ons gedrag vooral bestuurd wordt door het onbewuste, we ons bewustzijn nodig hebben om geluk te ervaren. In Op naar geluk legt hij uit hoe we dat moeten doen. En wie wil er nu níet gelukkig worden?

Ap Dijksterhuis (1968) is een van de invloedrijkste psychologen van Nederland. Hij is hoogleraar psychologie van het onbewuste aan de Radboud Universiteit Nijmegen en een van de redacteuren van het gezaghebbende wetenschappelijke tijdschrift Science. Hij won vele prijzen, waaronder de Early Career Award van de American Psychological Association. Van zijn boek Het slimme onbewuste zijn inmiddels 100.000 exemplaren verkocht.

Fragment uit 5. Zing, vecht, huil, bid, lach, tuinier en bewonder
Los van het feit dat ze opvallende cultureel bepaalde verschillen vonden (zo besteden Fransen meer dan twee keer zo veel tijd aan eten dan Amerikanen, en dat terwijl ze slanker en gezonder zijn), deden ze een interessante ontdekking. Ze deelden de verschillende activiteiten die mensen ondernamen in hun vrije tijd in naar twee categorieën: passive leisure en active leisure. Voorbeelden van passieve vrijetijdsbesteding zijn tv-kijken en achter de computer zitten, voorbeelden van actieve vrijetijdsbesteding zijn sporten, wandelen en lezen (de reden dat lezen wordt gezien als een vorm van actieve vrijetijdsbesteding heeft vooral te maken met de mentale inspanning die het vereist. Bij het lezen gebruik je je fantasie en verbeeldingskracht, bij het kijken naar de tv niet of nauwelijks). Uit de resultaten bleek dat de meeste mensen veel meer tijd besteden aan passieve dan aan actieve vrijetijdsbesteding, terwijl ze actieve vrijetijdsbesteding veel leuker vinden. Wel waren er culturele verschillen. (pagina 116)

Lees ook: Het slimme onbewuste : denken met gevoel (2007)

Terug naar Overzicht alle titels


dinsdag 8 september 2015

Wim de Ridder 2


De strategische revolutie : nieuwe leiders nemen het stuur over

Kluwer 2012, 239 pagina's - € 30,90

Website Wim de Ridder (1945)

Korte beschrijving op website uitgever
We leven in een chaotische tijd en het heeft er alle schijn van dat de wereld ongeordend zijn weg zoekt. Maar in werkelijkheid is er vaak sprake van strategie. Dit boek stelt de kwaliteit van strategieontwikkeling, scenariobouw en toekomstonderzoek aan de orde en nodigt u uit aan te sluiten bij de collectieve zoektocht naar een nieuw instrumentarium waar bedrijven en instellingen in hun planvorming baat bij hebben.

De strategische revolutie legt de vinger aan de pols van bedrijven, instellingen en instituten die voortvarend op zoek zijn naar de versterking van de eigen positie. Het boek stelt in vijf belangrijke economische sectoren vast dat zij dominante ontwikkelingen vaak niet of te laat onderkennen en daarmee zichzelf en de maatschappij tekort doen. Zij verzetten zich tegen de komst van geheel nieuwe productontwerpen, bestrijden de nieuwkomers op de markt en zien hun beste werknemers vertrekken naar andere bedrijven die uitdagender zijn.

Strategieontwikkeling als discipline is dringend aan een revolutionaire vernieuwing toe. In dit boek ontdekken we dat ook op dit gebied de toekomst al is begonnen. Ondernemende mensen in de publieke en private sector hebben genoeg van de onmogelijkheden van gisteren. Ze willen samen het verschil en de toekomst maken. Dit boek wijst hen de weg, onder meer door het instrument Futures Fit. Onmisbaar voor leiders om er achter te komen hoe hun mensen naar de toekomst kijken. Maar ook onmisbaar voor ondernemers om hun ambities daadwerkelijk vorm te geven.

Fragment uit Onwaarschijnlijke, onvermijdelijke ontwikkelingen
De beste stuurlui komen aan boord
In dit boek worden verschillende onwaarschijnlijke en onvermijdelijke ontwikkelingen beschreven. Ze vinden plaats in onder meer de belevingseconomie, bouw en gezondheidszorg en kennen verrasenderwijs een overeenkomstig strategisch ontwikkelingspad. Nog verrasender is dat in alle gevallen de maatschappelijke wenselijkheid van deze innovaties zeer groot is. De autonoom rijdende auto maakt het verkeer veiliger. Bewoners die zelf hun huis ontwerpen, bouwen hun woning niet alleen veel goedkoper, maar ook duurzamer. In de energievoorziening kan de prijs van elektriciteit dalen, terwijl de uitstoot van schadelijke stoffen sterk daalt. In de gezondheidszorg kunnen de kosten van de zorg worden beperkt, als dat met op de plank liggende doorbraakinnovaties gepaard gaat. Belangrijker: het zijn innovaties waar de patiënt op zit te wachten.
  Het samengaan van lagere kosten en hogere maatschappelijke opbrengsten sterkt de verwachting dat er in de komende tijd veel innovaties op de markt zullen komen. Het zijn vooral de consumenten die aandringen op nieuwe producten die beter aan hun wensen voldoen. Zij zullen er bij politiek, overheid, belangenorganisaties en wetenschappelijke instellingen op aandringen tempo te maken met deze vernieuwingen. Nu steeds meer mensen goed geïnformeerd en sterk betrokken zijn, eisen zij dat zij worden gehoord. Veel gevestigde instellingen zullen voortdurend klagen over de toenemende invloed van de vele stuurlui die aan de wal staan. Maar het meest succesvol zullen die organisaties zijn die deze stuurlui niet langer aan wal laten staan maar - al dan niet met tegenzin - aan boord laten komen om hen het roer in handen te geven. Dat is de strategische revolutie, het centrale thema van dit boek.

Lees ook van Wim de Ridder: De ontdekking van de toekomst : wat we al weten, is niet te geloven (2014)

Terug naar Overzicht alle titels

Rob Janssen & Paulus Blom

Waarom gemeenten niet naar burgers luisteren : in zeven stappen naar betere participatie
Reed Business Information 2015, 107 pagina's - € 19,50

Rob Janssen is betrokken bij de opzet van de G1000 Nijmegen
Burgertop Nijmegen moet kloof tussen burger en politiek dichten (De Gelderlander, 9 april 2015)

Twee quotes

Dit aanstekelijk geschreven boekje geeft de zoektocht weer van twee goed ingevoerde schrijvers die zich, zoals velen, zorgen maken over de relatie tussen (gemeentelijke) overheid, politiek en burgers.
Job Cohen

Waarom communiceren gemeenten niet met/luisteren gemeenten niet naar de burgers?
Dat is een goede vraag. Want als het boek van Rob Janssen en Paul Blom iets aantoont is dat zij daar veel baat bij zouden kunnen ondervinden. De (schaarse) successen van de directe democratie in Nederland (en de voorbeelden van elders uit Europa) tonen aan dat een goed luisterende en goed communicerende overheid heel veel positieve energie kunnen losmaken bij burgers en bedrijven, en heel veel irritatie kunnen voorkomen. Rechtstreeks betrokkenen en direct belanghebbenden zijn vaak ter zake kundig en oprecht gemotiveerd hun kennis beschikbaar te stellen om positieve veranderingen mogelijk te maken.
Alexander Rinnooy Kan

Fragment uit 1. Conclusies
Onze democratie is bezig vast te lopen. Na decennialang top-down te hebben gefunctioneerd, ondersteund door het mandaat van de kiezer, zal de overheid zich nu horizontaal moeten gaan opstellen. Burgers, ondernemers en andere stakeholders zijn steeds vaker hoger opgeleid en goed in staat om gefundeerde oordelen te vellen. Anderzijds blijven laagopgeleiden steeds verder weg bij beleidsvisies. De scheiding tussen rijk en arm lijkt ene scheiding tussen informatie-rijk en informatie-arm te worden.
Zolang de overheid, en dan met name de gemeente, zich blijft opstellen als een beleidmakend instituut, zal de kloof alleen maar groter worden. Opkomstpercentages bij verkiezingen zullen verder dalen. Uiteindelijk zal de huidige vorm van bestuur worden ingehaald door talloze burgerinitiatieven en rebelse plannen, waarin het gemeentelijk bestuur niet eens gekend wordt.
De conclusie van dit boek luidt dan ook dat gemeenten zich in hoog tempo zullen moeten omvormen van beleidsinstituten tot faciliterende organen, waar proactief wordt ingespeeld op de ontwikkelingen in de maatschappij. Kortom: de Nieuwe Overheid. Daartoe dienen de centrale figuren binnen de gemeenten en ook de minister van Binnenlandse Zaken leiderschap en visie te tonen. We citeren enkelen van de experts die in dit boek aan het woord komen:

'Het systeem is ziek, maar de hoofdpersonen voelen zich kiplekker.' (Jacques Wallage)

'Zonder een externe shock zal het systeem niet institutionele veranderen' (Monique Leyneaar)

'Een procedure telt gemiddeld 154 stappen; een goed gesprek aan de keukentafel is veel effectiever.' (Lynn van der Velden)

(pagina 15)

Terug naar Overzicht alle titels

maandag 7 september 2015

Petra de Boevere


Durf te doen : via sociale media naar de netwerksamenleving
LeV 2013, 222 pagina's - € 17,95

Website van Petra De Boevere

Korte beschrijving
In haar eerste boek beschreef het 'Meisje van de slijterij' (2010)* de ontwikkelingen van sociale media aan de hand van persoonlijke ervaringen en voorbeelden. In dit vervolg gaat ze dieper in op hoe je als ondernemer zelf succesvol kunt worden door de inzet van sociale media. Hierbij benadrukt ze vooral wat je er zelf allemaal voor moet doen, en wat voor instelling je er voor nodig hebt om je sociale media optimaal te benutten. Het boek leest lekker weg door de herkenbare cases die voorbij komen, waarbij de schrijfster haar eigen ervaringen ook goed voor de dag laat komen. 'Durf te doen' is vooral geschikt voor mensen die echt willen nadenken over hun aanwezigheid op sociale media – en wat er te bereiken is.

Staat op literatuurlijst van de Easycratische bibliotheek (Martijn Aslander & Erwin Witteveen). Ze formuleren het zo:

Ondertitel: Nieuwe leiders nemen het stuur over. Wanneer je je hele leven lang bijna dagelijks krijgt te horen dat alles steeds maar duurder en duurder wordt, dan ga je er op den duur in geloven. Prijsstijgingen en inflatie zijn er met de paplepel ingegoten. En als er één product is wat echt onvermijdelijk alleen maar duurder kan worden -en over een tijdje zelfs onbetaalbaar- dan is het wel brandstof. Want daar zit ook nog een extra logica achter die iedereen begrijpt: het aanbod van energie neemt af doordat gasbellen en olievelden leeg beginnen te raken. Tegelijkertijd stijgt de vraag, door de economische ontwikkeling in landen als China en India. Wanneer 1 miljard Chinezen massaal gaan autorijden, wat betekent dat wel niet voor de prijs van een liter benzine bij ons? Wim de Ridder schudt ons wakker uit deze nachtmerrie. De energieprijzen gaan de komende decennia juist fors omlaag! Voor de meeste Nederlanders is deze mededeling (nou ja vooruit: deze voorspelling) een soortgelijke shock als op de dag dat je voor het eerst kreeg te horen dat Sinterklaas niet bestaat. De wereld op zijn kop.

Korte beschrijving
In haar eerste boek beschreef het 'Meisje van de slijterij' (2010) de ontwikkelingen van sociale media aan de hand van persoonlijke ervaringen en voorbeelden. In dit vervolg gaat ze dieper in op hoe je als ondernemer zelf succesvol kunt worden door de inzet van sociale media. Hierbij benadrukt ze vooral wat je er zelf allemaal voor moet doen, en wat voor instelling je er voor nodig hebt om je sociale media optimaal te benutten. Het boek leest lekker weg door de herkenbare cases die voorbij komen, waarbij de schrijfster haar eigen ervaringen ook goed voor de dag laat komen. 'Durf te doen' is vooral geschikt voor mensen die echt willen nadenken over hun aanwezigheid op sociale media – en wat er te bereiken is.

Fragment uit Waar staan we nu?
2013
Het is inmiddels 2013. Nog steeds worden er banken gered, hoe hard het volk ook schreeuwt dat het systeem omgegooid moet worden. Bedrijven maken zich vaak mee zorgen om hun reputatie dan om de klantbeleving. De verkopen via internet groeien nog steeds. Inmiddels vindt in Nederland 10 procent van de aankopen online plaats. De giganten werken met grote logistieke centra. Onzichtbaar voor de klant. De grootste groeiers in de online retail zouden weleens diegenen kunnen zijn die hun mensen, onzichtbaar werkend aan de achterkant van al dat vrolijke marketinggeweld, het meest durven uit te buiten.

Steeds vaker komen er schokkende verhalen naar buiten van wat zich op de onzichtbare logistieke locaties, de achterkant van die hippe online marketing en slimme software, afspeelt. Over Zalando en Amazon maakten Duitse tv-stations schokkende documentaires van mensonterende toestanden in de logistieke centra.

Een consument die online koopt vraagt zich zelden af wat er gebeurt tussen het moment dat hij op 'bestelling bevestigen' klikt en het moment dat de postbode bij hem aanbelt met het bestelde pakje. Alsof kaboutertjes bestaan, alsof de producten uit het niets komen.

Als storytelling de toekomst heeft, betekent dat ook dat bedrijven steeds vaker gedwongen zullen worden het echte verhaal te vertellen. Niet alleen vertellen dat je maatschappelijk verantwoord onderneemt, maar ook laten zien dat dit echt zo is. Maatschappelijk verantwoord ondernemen. Iedereen heeft er de mond van vol. Je kunt op geen enkele zakelijke bijeenkomst komen waar het - ook al zo hippe - woord 'duurzaam' niet valt. (pagina 20-21)

Terug naar Overzicht alle titels

Eric Koenen

De Atomium organisatie : wie piramides bouwt ... krijgt mummies
Boom/Nelissen 2011, 152 pagina's - € 27,--

Website bedrijf Eric Koenen 

Korte beschrijving
Drs. Eric H. Koenen (1958) heeft na zijn academisch studies brede ervaring opgedaan in topfucties in het bedrijfsleven. Wat hij zag, was niet altijd bemoedigend: hiërarchisch denken, top down met veel regeltjes, brengt verstarring in plaats van een adequate reactie op een sterk veranderde bedrijfsomgeving. 'Wie piramides bouwt... krijgt mummies'. Een radicaal andere visie op organiseren en leiderschap, gesymboliseerd door het Brusselse Atomium, zet ons op de weg van fundamentele vragen. Kunstenaars als Walter Gropius en filosofen als Peter Sloterdijk kunnen helpen het denken 'los te maken'. Wat dit kan betekenen voor teams en voor innovatie wordt enigszins uitgewerkt. De in een ontspannen stijl geschreven studie beweegt zich op het niveau van de filosofische grondslagen van besturingsvraagstukken. Concrete antwoorden geeft het boek niet: die te zoeken via doorvragen is de taak van de manager zelf. De lezer dient zich door dit boek te laten stimuleren om verder na te denken over management in de eigen organisatie.

Fragment uit 1. Atomiumdenken
Aan de hand van mijn vader
Dit boek is geen pleidooi voor wat ik het Atomiumdenken noem. What's in a name? Als u zelf een ander woord wilt gebruiken, is dat prima. In de geest van (Simeon) Ten Holt ben ik me ervan bewust dat sommige begrippen op een hoog abstractieniveau kloppen. Maar zodra deze onder de tucht van de letters gebracht worden, verliezen ze betekenis. De Atomiumorganisatie is geen structuur, maar een visie, een eerste aanzet tot een andere metaforische wijze van denken over organiseren. Tegenover het collectieve, defensieve 'ik' van de piramide plaats ik het flexibele, autonome, welwillende 'wij' van het Atomium. In je fantasie kun je het Atomium laten draaien en bewegen. (pagina 21)

Terug naar Overzicht alle titels

zondag 6 september 2015

Marcel Douma & Henk van der Honing

Wij, het Volk van de Vinders van Dingen : over het einde van de ego-economie en de betekenis voor organisaties en samenwerking
Uitgeverij Van Brug 2014, 171 pagina's - €19,95

Website ADDvisie (waarvoor Marcel Douma werkt) en Henk (bedrijf Henk van der Honing

Korte beschrijving
De auteurs, een ondernemer/gastdocent en een organisatieadviseur/coach, zien het einde van het verlichtingsdenken naderen en ervaren dat als een verschuiving van paradigma, ofwel een fundamentele verandering naar een nieuwe werkelijkheid. Die zal meer gericht zijn op een collectief bewustzijn en aandacht voor duurzame en effectieve samenwerkingsvormen, waarbij het organiseren als doel heeft verbinding te ondersteunen en te bewerkstelligen. Deze boodschap wordt uitgewerkt in drie delen: 1. de redenen voor verschuiving; 2. de grondslagen van de nieuwe werkelijkheid; 3. hoe mensen samenwerken in de nieuwe werkelijkheid. Hun rode draad wordt onderbroken door en kracht bijgezet met een sprookje in zes episodes. Als alternatief voor een literatuurlijst bieden de auteurs een overzicht van hun inspiratiebronnen, t.w. enkele boeken, diverse films en vooral het handelen van meer en minder bekende mensen. De slotconclusie is dat de nieuwe werkelijkheid eigenlijk om iets heel ouds gaat.

Fragment uit hoofdstuk 1. Signalen van een fundamentele verandering
De jaren leren je de dingen die de dagen niet weten (Ralph Waldo Emerson)
De periode die we nu beleven vormt een overgangstijd, een omwenteling die onderdeel uitmaakt van een langere en diepere golfbeweging dan de economische crisis doet vermoeden. Deze omwenteling is een paradigmaverschuiving die vergaande consequenties zal hebben voor de wijze waarop ze onze omgeving en samenwerking vorm zullen geven. In dit hoofdstuk beschrijven we eerst welke veranderingen er gaande zijn en geven aan waarom die symptomen zijn van een fundamentelere omwenteling. We maken duidelijk dat de grondslag voor de paradigmaverschuiving op individueel niveau ligt en sluiten af met een overzicht van de onderdelen van het oude en nieuwe paradigma. (pagina 14)

Terug naar Overzicht alle titels

Wouter Hart en Marius Buiting

Verdraaide organisaties : terug naar de bedoeling
Vakmedianet 2013, 159 pagina's (2e licht gewijzigde oplage) Oorspronkelijke uitgave 2010 - € 29,90

Blog Wouter Hart (1977) en Marius Buiting (1960)

Korte beschrijving
Een adequate systematiek van procedures, instructies, regels, protocollen, rapportagevoorschriften enzovoort is onmisbaar voor het doeltreffend functioneren van organisaties als bedrijven, scholen, zorginstellingen en sportverenigingen. Maar heel gemakkelijk wordt deze 'systeemwereld' heersend in plaats van dienend: het middel wordt doel en er ontstaat een zogeheten 'verdraaide organisatie', getypeerd door bureaucratische verstarring. De bedoeling – dat waar het bij het uitvoeren van het dagelijks werk wezenlijk om zou moeten gaan – raakt in de verdrukking. Vanuit hun eigen ervaring in en met organisaties (een literatuurlijst ontbreekt in hun boek) analyseren de auteurs deze scheefgroei. Zij reiken stimulerende tips en denkwijzen aan om de goede richting in te slaan. Startpunt is de toegevoegde waarde die de organisatie vanuit het perspectief van de 'klant' kan bieden. Op elk niveau van de organisatie kan het kennisnemen van deze besturingsfilosofie in de vorm van verbeteringen nut afwerpen. Waardevol is de aandacht voor vakbekwaamheid, motivatie en leren van professionals.

Fragment uit 1.13 Tot slot
We leven in een spannende tijd waarin beide pijlrichtingen steeds krachtiger naar voren komen. Aan de ene kant is er een tendens om zaken steeds strakker te regelen en ontstaan er meer procedures, meer controle en toezicht.
Aan de andere kant is er een groeiende tegenbeweging. Bijvoorbeeld in de vorm van een steeds grotere groep zelfstandigen die zich via netwerkstructuren organiseren. Of in de vorm van spontane samenwerkingsvormen die via internet vaak leiden tot hele stromende bewegingen. Maar ook door een enkele organisatie die laat zien dat het binnen de context van de wet- en regelgeving en juist binnen de structuren van een bestaande organisatie, anders kan. (pagina 36-37)


Youtube - Marius Buiting over Verdraaide organisaties (2:23)



Terug naar Overzicht alle titels

Sebastien Valkenberg


Op denkles : hoe wapenen we ons tegen 'iedereen heeft zijn eigen waarheid' en andere modieuze denkbeelden

Ambo/Anthos 2015, 238 pagina's - € 19,99

Lenen als E-book via bibliotheek.nl

Website Sebastien Valkenberg (1978)

Korte beschrijving
De auteur is publicist en schrijft onder andere voor Trouw, Elsevier en Filosofie Magazine. Hij schreef eerder 'Het laboratorium in je hoofd' (2006)* en 'Geluksvogels' (2010)**. Dit boek gaat op dezelfde toon verder. De hoofdstukken zijn relatief losstaande essays die zijn samengesteld uit eerdere publicaties (essays, boekbesprekingen etc.). De titel suggereert dat het gaat om een handleiding om zo zuiver mogelijk te denken en denkfouten te vermijden. Het boek wil de lezer wapenen tegen 'dooddoeners' die discussies plat slaan, zoals 'wetenschap is ook maar een theorie', 'iedereen heeft zijn eigen waarheid' of 'wetenschap is ook maar een vorm van geloof'. Dat is enigszins misleidend. In de veertien hoofdstukken berijdt Valkenberg vooral zijn eigen – bij voorkeur politiek incorrecte – stokpaardjes: postmoderne filosofie is gevaarlijke filosofie en ideologie, openheid voor alternatieve geneeskunst is spelen met levens, religieus geloof is achterlijke onzin en gelovigen zijn goedgelovige fantasten. Vooral voor liefhebbers van niet al te diepgravende, populistische filosofie.

Fragment uit 1. Oordelen over andermans opvattingen is een verdachte bezigheid. 'Iedereen heeft zijn eigen waarheid', hoor je dan vaak zeggen
De veranderde samenstelling van de samenleving biedt hooguit een gedeeltelijke verklaring voor het succes van 'Iedereen heeft zijn eigen waarheid'. Daarnaast is er nog een andere verklaringsmodel. De afgelopen decennia, grofweg vanaf de late jaren zestig, hebben postmoderne denkers de samenleving klaargestoomd voor de dooddoener in kwestie.
  Ongetwijfeld laat 'Iedereen heeft zijn eigen waarheid' zich niet direct herleiden tot het postmodernisme. Historische ontwikkelingen hebben nooit één enkele noodzaak. Maar er was op zijn minst een vruchtbare voedingsbodem waarop de dooddoener tot wasdom kon komen. Net zoals een schaal overrijpe appels 's zomers ook geen oorzaak is van een fruitvliegjesplaag, maar hier wel een ideaal klimaat voor vormt.
  Laat ik het als volgt samenvatten: 'Iedereen heeft zijn eigen waarheid' is postmodernisme in gevulgariseerde vorm. Een typisch voorbeeld van gesunkenes Kulturgut. Iets - bepaald gedrag of een gedachtegoed, zoals in dit geval - begint bij de elite en in de loop van de tijd sijpelt het door tot de andere geledingen van de samenleving. Maakten aanvankelijk hoofdzakelijk hogeropgeleiden gebruik van de mogelijkheid tot echtscheiding, nadien werd het ook voor lageropgeleide echtparen normaler om hun huwelijk te laten ontbinden. Ook de waarheidsdevaluatie is hoog op de maatschappelijke ladder begonnen en gaandeweg gemeengoed geworden.
  Nu is het spreken over het postmodernisme als het betreden van een mijnenveld.  (pagina 29-30)

Terug naar Overzicht alle titels

Ellen Geerlings

Kiezen of delen : een filosofische oriëntatie
Boom 2015, 250 pagina's - € 27,50

Korte beschrijving
Ellen Geerlings schreef een voortreffelijk leerboek filosofie voor havo-vwo met als titel 'Het oog in de storm' (2007). De grote kwaliteiten van dat boek, zowel inhoudelijk als didactisch, kenmerken ook deze nieuwe publicatie. Centrale vraag: hoe moet je kiezen in een wereld zonder kaders? Het bestaan van een vrije wil ontkennen, is geen oplossing, net zo min als besluiteloos meedoen met de mode. Mens zijn vereist dat je nadenkt en dat is lastig. Na een uitvoerige analyse van het probleem onderzoekt Geerlings de manier waarop vijf grote filosofen het hebben aangepakt: Lyotard, Levinas, Taylor, Sloterdijk en Arendt. Het resultaat is een brede en grondige introductie in belangrijke aspecten van de moderne wijsbegeerte, didactisch zeer geschikt voor gebruik in het hoger onderwijs en inhoudelijk minstens zo geschikt voor een lezer die bereid en in staat is om zelfstandig na te denken. Bevat noten en bibliografie.

Fragment uit 1. Over keuzes
In Nudge, een studie over het keuzegedrag van mensen, maken de auteurs Richard Thaler en Cass Sunstein onderscheid tussen Econs en Humans. Econs (een term die is afgeleid van homo economicus) zijn fictieve wezens die altijd rationeel kiezen. Ze zijn berekenend, letten op hun belang en voordeel, laten zich goed informeren en maken ten slotte hun keuzes louter op basis van argumenten. Zoals gezegd zijn het fictieve wezens, want mensen die uitsluitend rationele keuzes maken bestaan niet. Echte mensen, Humans, kiezen meestal onbewust en intuïtief.
  Toch gaan veel mensen ervan uit dat mensen kiezen als Econs. We zijn geneigd onszelf en anderen te zien als rationele individuen die pas na ampele overwegingen hun keuze bepalen. Zo menen we bijvoorbeeld dat we bij onze keuzes voor een ziektekostenverzekering, een koophuis of een crèche of school voor onze kinderen eerst over voldoende informatie moeten beschikken, zodat we de voors en tegens van de verschillende keuzeopties goed tegen elkaar kunnen afwegen en pas daarna een verstandige beslissing nemen. Daarom laten we ons bij dergelijke keuzes uitgebreid informeren.
  Adverteerders zijn wat dat betreft veelal realistischer en bespelen voornamelijk onze gevoelens: ze adverteren hun producten in spotjes met mooie, vrolijke mensen of laten zogenaamde wetenschappers in witte jassen het product aanprijzen. Winkels dompelen ons in muzak, die ons koopgedrag moet stimuleren. Voor politici geldt hetzelfde: wie erin slaagt de emoties van het publiek te bespelen, bijvoorbeeld door gevoelens van onvrede te mobiliseren, weet algauw de kiezers aan zijn kant te krijgen.
  De meesten van ons zullen toegeven dat we soms keuzes maken die niet op rationele argumenten zijn gebaseerd, bijvoorbeeld wanneer we verliefd worden of wanneer we ons laten verleiden tot het eten van iets lekkers terwijl we willen afvallen. Weinigen zullen echter toegeven dat irrationele keuzes eerder regel zijn dan uitzondering.
  Maar in hoeverre kúnnen we rationele keuzes maken? Zijn we ooit werkelijk vrij in onze keuzes? En, zo nee, wat bepaalt of beïnvloedt onze keuzes en zijn het dan nog wel onze keuzes? (pagina 18)

Lees ook van Will Tiemeijer. Hoe mensen keuzes maken : de psychologie van het beslissen (2011)

Terug naar Overzicht alle titels

donderdag 3 september 2015

Christian Rudder

Wie we zijn wanneer we denken dat niemand kijkt
Atlas Contact 2015, 303 pagina's - € 29,99

Lenen als E-book via bibliotheek.nl

Oorspronkelijke titel: Dataclysm: who we are whem we think no one's looking (2015)

Wikipedia: Christian Rudder (1975)

Korte beschrijving

De mede-oprichter van een grote datingsite in de Verenigde Staten neemt een kijkje in de enorme hoeveelheden data die hij nu tot zijn beschikking heeft. Rudder is een uitstekende schrijver, vlot en geestig. Hij duikt op een creatieve manier in de data en toont dat wat mensen zeggen en wat mensen doen heel iets anders is. Hij neemt een aantal taboes onder de loep, met name racisme. Rudder is niet blind voor de beperkingen van data, maar hij laat zien dat er met zoveel en zoveel verschillende soorten data ongekend veel nieuwe inzichten mogelijk zijn. Zijn enthousiasme over de mogelijkheden en zijn optimisme werken aanstekelijk. Ondanks de soms sombere boodschap (racisme is overal en privacy bestaat niet meer) is het een vrolijk boek. De situaties en handelingen die beschreven worden, hebben betrekking op de Verenigde Staten en sommige zijn niet herkenbaar voor ons. Maar dat betekent zeker niet dat ons gedrag een haartje beter is. De tekst staat tjokvol Amerikaans en internetjargon, een lastige klus voor de vertaalster, die prima werk heeft geleverd. Geïllustreerd met tabellen en grafieken. Bevat notenapparaat.

Fragment uit de Inleiding
Als oprichter van een site met advertenties kan ik bevestigen dat gegevens inderdaad handig zijn voor de verkoop. Elke webpagina kan de volledige gebruikerservaring opslurpen: alles waar iemand op klikt, wat hij intikt, en zelfs hoe lang hij ergens blijft hangen. Van daaruit is het vervolgens niet zo heel moeilijk om je een redelijk goed beeld te vormen van iemands behoeften en hoe je die kunt stillen. Maar hoe geweldig de mogelijkheden ook mogen zijn, ik wil het hier niet hebben over een geheime missie in ons land om bodyspray te verkopen aan mensen die iets over deodorant melden aan hun vrienden. Wat ik via dezelfde toegang tot de data wél wil doen is de gebruikerservaring - de klikjes, wat iemand intikt en de milliseconden waarin dat allemaal gebeurt - voor een heel ander doel inzetten. De twee grote en actuele vragen over Big Data gaan over toezicht en geld, maar ik heb de afgelopen drie jaar aan een derde verhaal gewerkt, namelijk aan het menselijke.
  Misschien weet Facebook dat je een van de vele mensen bent die van M&M's houden en krijg je daardoor relevante aanbiedingen voorgeschoteld. Zo weet Facebook ook wanneer het uit is met je vriendje, wanneer je naar Texas verhuist, op steeds meer foto's samen met je ex staat en het vervolgens weer aan is met hem. Google weet wanneer je een naar een nieuwe auto op zoek bent en kan je het juiste model en merk tonen die precies bij jouw pscyho-grafisch profiel passen. Ben je een maatschappelijk geëngageerde, sensatiebeluste persoonlijkheidstype B-man van tussen de 25 en 34 jaar? Dan krijg je een Subaru te zien. Google weet tegelijkertijd ook of je homo bent, boos, eenzaam, racistisch of bang dat je moeder kanker heeft. Twitter, Reddit, Tumblr, Instagram - al die bedrijven zijn eerst en vooral bedrijven, maar op een goede tweede plaats zijn het daarnaast demofragen met een ongekend bereik, ongekende volledigheid en een ongekend belang. Zo kunnen die digitale gegevens ons bijna als een bijkomstigheid tonen hoe we ruziemaken, liefhebben en ouder worden, wie we zijn en hoe we veranderen. Het enige wat we daarvoor hoeven te doen is kijken. Bouw een beetje afstand in en de data ontsluiten vanzelf hoe mensen zich gedragen wanneer ze denken dat er niemand meekijkt. Ik zal je in dit boek vertellen wat ik heb gezien. O ja, en eh ... lazer op met die deo!  (pagina 10-11)|

Youtube - Christian Rudder author "Dataclysm" on "Book Talk" radio  (7:37)



Terug naar Overzicht alle titels

dinsdag 1 september 2015

Anna Dijkman & Chris Zadeh

Psychologeld : waarom we stoppen met denken als we beginnen met uitgeven
Maven 2011, 175 pagina's - € 15,--

Anna Dijkman (1979)

Korte beschrijving
'Geld is niet alleen een betaalmiddel. Geld is emotie. En die bepaalt voor een groot deel hoe we met geld omgaan.' Aldus de auteurs in het voorwoord van dit boek waarin zij aangeven hoe we met geld omgaan en hoe we de alledaagse geldzaken met gezond verstand kunnen benaderen. Waarom is pinnen makkelijker dan contact geld uitgeven, zijn we blijer met het winnen van een auto dan met een groot geldbedrag, hebben we moeite een biljet van 100 euro aan te breken en geven we geld teruggekregen van de belasting makkelijker uit dan spaargeld? Met vele voorbeelden, anekdotes, illustraties en tips als: reken kleine uitgegeven bedragen door naar jaarbasis en zet uitgespaard geld meteen opzij. Met interviews met onder meer Jort Kelder, Annemarie van Gaal en Raymond Spanjar, die hun kijk geven op verstandig met geld omgaan. Een voor een breed publiek geschreven praktisch en leerzaam boek waarin de auteurs, een financieel expert en een psychologe, de vele valkuilen die we tegenkomen in onze omgang met geld én de manieren om die te vermijden, helder en duidelijk uiteenzetten. Uitgevoerd met oranje steunkleur, kleine druk.

Dit boek staat op de literatuurlijst van de Easycratische bibliotheek (Martijn Aslander & Erwin Witteveen).
Ze formuleren het zo:

Ondertitel:Waarom we stoppen met denken als we beginnen met uitgeven. Dat mensen gewoontes die ze jarenlang toepassen en waardes die ze jarenlang geloofd hebben, niet zomaar aan de kant schuiven, daar kunnen we ons nog wel iets bij voorstellen. Maar dat mensen zelfs de meest simpele, volstrekt objectieve, rekensommetjes massaal negeren bij het nemen van hun beslissingen, dat is merkwaardig. Dijkman & Zadeh tonen dat aan, aan de hand van de uitkomsten van tientallen experimenten uit de sociale psychologie, op een luchtige manier beschreven.

Fragment uit De slechte verliezer
De prospecttheorie van psychologen Daniel Kahneman en Amos Tversky biedt een alternatief voor de tot dan toe gangbare theorieën over de homo economicus, de rationele beslisser die risico's en kansen afweegt tegen de opbrengsten en zo tot een optimale keuze komt. Kahneman en Tversky waren van mening dat mensen helemaal niet zo rationeel zijn en dat bij het maken van keuzes ook psychologische factoren een rol spelen. Volgens hen heeft een positief dan wel negatief vooruitzicht (prospect) invloed op hoe mensen keuzes maken. Het vooruitzicht op verlies leidt tot ander gedrag dan het vooruitzicht op winst, ook al zijn de kansen en risico's precies hetzelfde. Is er een kans op winst dan zijn mensen risicomijdend, bij een kans op verlies gaan ze juist extra risico's nemen, zoals de beurshandelaar Nick Leeson deed. Mensen blijken zelfs exact de tegengestelde keuze te maken als het gaat om winst of verlies. Dit spiegeleffect trad niet alleen op in het bovenstaande voorbeeld, maar bij allerlei verschillende situaties. (pagina 51)

Lees ook van Daniel Kahneman. Ons feilbare brein (2011)

Terug naar Overzicht alle titels

Tim Sanders


Managen met liefde : bevorder de groei van de ander, maar veeg je concurrent met liefde van tafel

het Spectrum 2002, 236 pagina's

Oorspronkelijke titel: Love is the killer app : how to win business and influence friends (2001)

Wikipedia: Tim Sanders (1961) en zijn website 

Staat op literatuurlijst van de Easycratische bibliotheek (Martijn Aslander & Erwin Witteveen).
Ze formuleren het zo:

Liefde is de nieuwe onderscheidende concurrentiefactor. Transactie-denken, ‘voor wat hoort wat’, ‘what’s in it for me?’ zijn vaak inefficiënte denkwijzen. Want investering en opbrengst zijn lang niet altijd rechtstreeks te koppelen. Wees lief voor anderen en vertrouw erop dat de return on investment (ROI) via een omweg terugkomt.

Korte beschrijving
Pleidooi voor een vorm van zakelijke communicatie, waarbij met compassie een netwerk wordt opgebouwd en onderhouden en zowel de eigen ontwikkeling als die van de ander centraal staan

Fragment uit de Inleiding
De technologie heeft een revolutie betekend voor het landschap waarin we leven. Vóór de informatierevolutie veranderde de zakenwereld slechts stapje voor stapje, en zakelijke modellen verouderden in een tempo dat nog trager was. De waardeprogressie ontwikkelde zich in de loop van tientallen jaren en met stappen van twintig jaar. Je ging studeren, haalde je diploma, werkte veertig jaar en je kennis van zaken bleef relevant. De contacten die je had waren grotendeels plaatsgebonden en je zakelijke netwerk bestond slechts uit een handjevol mensen.
 Dat was gisteren. Vandaag moet je vergeten, want straks is het morgen. En om op de werkplek van morgen succesvol te kunnen zijn, heb je iets nodig wat jou anders maakt. (Wat zou dit iets voor jou kunnen zijn? Dat is niet zomaar te zeggen, maar het is iets in de trant van een geweldig nieuw idee dat ofwel verdergaat dan bestaande ideeën, ofwel op het onderhavige terrein dat aanzet tot een geheel nieuwe manier van denken. Jouw idee wordt dan algauw zo populair dat er van het oude zakenmodel niets overblijft.)
 En wat mag dat idee dan wel zijn? Simpel gezegd: liefhebben is wat de doorslag geeft. Diegenen onder ons die liefde inzetten om zich te onderscheiden in het zakenleven, zullen hun rivalen ver achter zich laten, zoals langeafstandslopers van werelklasse degenen die achter hen aanhollen ver achter zich laten. (pagina 18-19)

Terug naar Overzicht alle titels

Malcolm Gladwell 2

Het omslagpunt : hoe kleine dingen een groot verschil uitmaken
Contact 2001, 240 pagina's

Oorspronkelijke titel: The tipping point : how little things can make a big difference (2000)

Wikipedia: Malcolm Gladwell (1963) en lemma over dit boek 

Korte beschrijving
Kleine verschillen kunnen grote gevolgen hebben in het sociale leven. Eén persoon kan een trend ten goede of ten kwade teweegbrengen. De auteur, als journalist werkzaam voor The New Yorker, onderzoekt in dit boek hoe trends en modes op gang komen. Het kan hierbij gaan om kledingtrends, maar ook om onverwachte bestsellers of plotseling dalende misdaadcijfers. De auteur spreekt van 'sociale epidemieën' die snel om zich heen grijpen. Zijn stelling is dat hiervoor individuen met uitzonderlijke contactuele eigenschappen en grote persoonlijke netwerken nodig zijn. Zij steken anderen aan. Daarnaast speelt de kwaliteit van de boodschap (het 'product') en de context waarbinnen deze boodschap verspreid wordt, een belangrijke rol. Misschien leidt het consequent verwijderen van graffiti in een stad wel tot minder misdaad en een algemeen gevoel van veiligheid. Een onderhoudend geschreven en tot discussie uitnodigend boek.

Staat op literatuurlijst van de Easycratische bibliotheek (Martijn Aslander & Erwin Witteveen).
Ze formuleren het zo:
Nieuwe ideeën verspreiden zich vaak als een virus. In het begin gaat het tergend langzaam. Een kleine aanleiding kan zomaar voor een kantelpunt zorgen. Daarna gaat het idioot snel. Stop dus vooral niet te vroeg.

Fragment uit de Inleiding
Het omslagpunt is de biografie van een idee en dat idee is heel simpel. Het houdt in dat je het ontstaan van modetrends, de eb en vloed van de misdaad of, nu we het er toch over hebben, de transformatie van onbekende boeken in bestsellers of tieners die steeds meer gaan roken of de verschijnselen die zich voordoen bij mondelinge overdracht of welke andere geheimzinnige veranderingen dan ook die het leven van alledag markeren, het beste kunt begrijpen door ze als epidemieën te beschouwen. Ideeën en producten en boodschappen en gedragsvormen verspreiden zich op dezelfde manier als virussen. (pagina 12)

Lees van Malcolm Gladwell ook: David en Goliath : de overwinning van de underdog (2013) en Uitblinkers : waarom sommige mensen succes hebben en andere niet (uit 2008)

Youtube - The Tipping Point by Malcolm Gladwell, a video book review  (2:40)



Terug naar Overzicht alle titels


Chris Anderson

Free : hoe het nieuwe gratis de markt radicaal verandert
Nieuw Amsterdam 2009, 318 pagina's - € 12,99

Oorspronkelijke titel: Free : the future of a radical price (2009)

Wikipedia: Chris Anderson (1961) en artikel over dit boek


Staat op literatuurlijst van de Easycratische bibliotheek (Martijn Aslander & Erwin Witteveen).
Ze formuleren het zo:

Steeds meer businessmodellen zijn gebaseerd op freeconomics, (gedeeltelijk) gratis weggeven. Zo creëer je snel fans. En toegang tot een grote groep potentiële klanten. Dit is mogelijk geworden doordat steeds meer producten en diensten gedigitaliseerd zijn en daardoor vrijwel kosteloos gereproduceerd kunnen worden.


Korte beschrijving

In zijn vorige boek 'The Long Tail' (2006) toonde Chris Anderson hoe de onlinehandel nichemarkten creëert die op totaal andere wijze omzet genereren (weinig verkopen van veel in plaats van veel verkopen van weinig). Met het vervolg 'Free' betoogt hij dat bedrijven ook winst kunnen maken door dingen weg te geven via het gratis businessmodel, dat evolueerde van een 'marketing trick' in de twintigste eeuw (twee halen, een betalen) tot een volwaardig economisch model in de 21ste eeuw (het een gratis weggeven in de hoop het ander er door te kunnen verkopen). Deze ontwikkeling van promotiestunt naar businessstrategie speelt met name op internet, waar de marginale kosten (bijna) nul zijn. De traditionele economie kan absoluut niet op tegen de enorm gedaalde kosten van bandbreedte, verwerkingssnelheid en opslagruimte van internet. Anderson analyseert helder hoe deze dynamiek het traditionele zakendoen op z'n kop zet en maakt duidelijk hoe dat in het belang kan zijn van zowel consument als bedrijf. Wederom een revolutionair boek vol vernieuwende ideeën, vlot geschreven in een aansprekende stijl. Voor een flinke lezerskring.
Een toch wel revolutionair boek en bestseller-in-spe!

Fragment uit het Voorwoord
Hierin ligt de paradox van Gratis: mensen verdienen een hoop geld zonder anderen iets te laten betalen. Dat geldt niet voor alles, we hoeven niet niets te betalen voor alles, maar wel voor zo veel dingen dat we de economie van een flink land hebben gecreëerd voor een prijs van ongeveer €0. Hoe is dat gegaan en waar gaat dat naar toe?
  Deze vraag staat centraal in dit boek.
Voor mij begon het toen ik niet wist hoe ik The Long Tail, mijn eerste boek, moest laten eindigen. Dat boek ging over de nieuwe vormen van de consumentenvraag die ontstaat wanneer alles op de markt is en we uit ene oneindig aanbod kunnen kiezen in plaats van de bestsellertafel alleen. Dat er zo veel verkoopruimte voor The Long Tail was, was mogelijk gemaakt door de onbeperkte 'schapruimte' van internet, het eerste distributiesysteem in de geschiedenis dat zich leent voor zowel de nichemarkt als de massaproducten, voor het onbekende én de voornaamste trend. Daardoor ontstond een enorm diverse nieuwe cultuur, die een bedreiging vormde voor de instituten in de bestaande cultuur, van mainstream-media tot platenmaatschappijen. (pagina 13)

Lees ook: Chris Anderson. Makers : de nieuwe industriële revolutie  (2013)

Youtube - Chris Anderson - Free: The Future of a Radical Price (RSA) (32:32)



Terug naar Overzicht alle titels

Ori Brafman & Rod A. Beckstrom

De zeester en de spin : de onstuitbare kracht van organisaties zonder leider
LeV 2010, 240 pagina's - € 9,99

Oorspronkelijke titel: The starfish and the spider : the ustoppable power of leaderless organisations (2006)

Wikipedia: Over dit boek en website Ori Brafman  

Staat op literatuurlijst van de Easycratische bibliotheek (Martijn Aslander & Erwin Witteveen).
Ze formuleren het zo:

Ondertitel: The Unstoppable Power of Leaderless Organizations. De zeester en de spin, alleen de titel al is een magistrale metafoor die tot de verbeelding spreekt. Een spin gaat dood als je zijn kop afbreekt, maar een zeester blijft in leven als je een arm afrukt, zelfs als je vier van de vijf armen afrukt. Het verschil tussen een centraal zenuwstelsel en een decentraal zenuwstelsel. Brafman en Beckstrom verplaatsen deze biologische verklaring naar het terrein van de organisatiekunde. Ook een organisatie kan centraal of decentraal aangestuurd worden. Een decentrale organisatie is vaak sneller, flexibeler, wendbaarder maar vooral ook moeilijker af te stoppen.

Korte beschrijving
Wanneer van een spin de kop wordt afgehakt, gaat hij dood, maar wanneer van een zeester een poot wordt afgesneden, groeit er een nieuwe poot aan, waarbij de losse poot kan uitgroeien tot een hele nieuwe zeester. Met deze metafoor illustreren de auteurs, Amerikaanse ondernemende visionairs, dat traditionele top-down organisaties (spin) het steeds vaker verliezen van nieuwe op netwerken gebaseerde organisaties zonder top of leider (zeester), zoals Kazaa, Wikipedia, Skype en zelfs Al Qaeda. Dit boek, dat internationaal een invloedrijke bestseller is, geeft aan dat binnen het organisatiedenken het tijd wordt voor radicale verandering en creativiteit, gericht op decentralisatie, innovatie en adaptie. Zeker als zeesterren spinnen gaan aanpakken (zoals in de muziekindustrie vs. Napstar en Kazaa). Gevestigde organisaties dienen het zeesterprincipe in te lijven om te overleven of succesvol te blijven. Helder en overtuigend geschreven verhaal, met tal van voorbeelden waarom samenwerken in netwerken de overlevingsstrategie van de toekomst is.
Belangwekkend boek met organisatie-inzichten voor een groter publiek bestemd.

Fragment uit hoofdstuk 4. Vijf armen aan het werk
Arm 3: ideologie
Wat brengt leden ertoe om zich bij ene cirkel aan te sluiten? Waarom zou je de tijd en de moeite nemen om eraan mee te doen? Zoals we hebben gezien, valt er meestal niet veel geld te verdienen in gedecentraliseerde organisaties.
  Open systemen bieden een gemeenschapsgevoel, maar dat zie je bij vele andere organisaties ook. Medewerkers van Microsoft hebben ook een gemeenschapsgevoel: ze hebben een gemeenschappelijke band en sluiten vriendschappen, maar ze worden er ook voor betaald om samen te werken. De programmeurs bij Apache krijgen geen cent betaald. Ze worden gemotiveerd door een verlangen om een beter product te maken. Ze geloven in een open systeem en respecteren elkaars bijdragen, niet omdat ze dat moeten, maar omdat ze dat willen. Natuurlijk, veel open systemen, zoals Wikipedia, bieden hun diensten gratis aan. Maar mensen zouden toch ook gemakkelijk de bibliotheek of een zoekmachine kunnen gebruiken om vergelijkbare informatie te verkrijgen? Toch zoeken mensen Wikipedia niet alleen op, maar dragen ze er ook nog eens geregeld aan bij.
  Het gaat niet alleen om het gemeenschapsgevoel of om gratis spullen te krijgen, of om vrijheid en vertrouwen. Ideologie is de lijm die gedecentraliseerde organisaties bij elkaar houdt. De Apachen hielden vast aan de gezamenlijke overtuiging dat ze op dat land thuishoorden en het recht hadden om zichzelf te regeren. De paar Apachen die deze ideologie niet aanhingen, namen de uitnodiging van de Spanjaarden aan om de landbouw te gaan bedrijven en in een gecentraliseerd systeem te integreren. Maar degenen die bij de stam bleven, hielden stevig vast aan het idee van onafhankelijkheid. Iedereen die zich met die ideologie wilde bemoeien, of dat nu een Spanjaard, een Mexicaan of een Amerikaan was, werd hun vijand. De Apachen hielden zo sterk vast aan hun ideologie dat ze bereid waren te vechten en zich zelf op te offeren voor hun ideaal. Zonder die ideologie zouden de Apachen niet de motivatie hebben gehad om gedecentraliseerd te blijven.  (pagina 105-106)

Lees ook van Ori en Rom Brafman. Onderstroom : de onweerstaanbare drang tot irrationeel gedrag (2010)

Youtube - Ori Brafman Starfish and Spider Keynote at TRADOC (9:12)



Terug naar Overzicht alle titels

Brian Christian



Een wedstrijd in menselijkheid : wat het betekent om nu te leven
Contact 2011, 335 pagina's - € 23,99

Lenen als E-book via bibliotheek.nl

Oorspronkelijke titel: The most human human (2011)

Wikipedia: Brian Christian (1984) en zijn website

Korte beschrijving

Kunnen machines denken? In 1950 stelde Alan Turing ter beantwoording van die vraag een test voor: laat iemand via een toetsenbord praten met een mens en met een computer, en als hij niet weet wie van de twee de mens is, dan is het antwoord 'ja': dan kan een machine kennelijk net zo denken als een mens. Sindsdien zijn er tal van chatterbots ontwikkeld, computerprogramma's die een menselijk gesprek kunnen nadoen, en sinds 1990 is er zelfs jaarlijks een wedstrijd om de Loebner Prize voor de beste chatterbot. Brian Christian heeft onlangs de rol van mens gespeeld bij die wedstrijd, en dat was de aanleiding voor het schrijven van dit boek. Het gaat over kunstmatige intelligentie, schaakcomputers, lichaamstaal, het probleem van lichaam en ziel in de filosofie en nog veel meer. Maar wat het daarover wil zeggen, blijft tussen alle persoonlijke invallen en uitweidingen en anekdotes en citaten en brokken verwarde informatie volstrekt onduidelijk. Alsof het boek is geschreven door een computer die het nog moet leren. Met verklarende voetnoten en literatuurverwijzingen in eindnoten.

Fragment uit 1. Inleiding
In zekere zin is dit een boek over artificiële intelligentie, het verhaal van de geschiedenis ervan, en van mijn bescheiden persoonlijke betrokkenheid bij die geschiedenis. Maar in de kern is dit een boek over leven.
  We kunnen computers, die een steeds centralere rol in ons leven spelen, beschouwen als verwoesters: een kracht als Skynet in Terminator, of de Matrix in The Matrix, die op onze vernietiging uit is, net zoals wij op hun vernietiging uit zouden moeten zijn, Maar ik geef om diverse redenen de voorkeur aan het idee van de rivalen, die duidelijk willen winnen en die weten dat het hoofddoel van de competitie draait om het verhogen van het spelniveau. Alle rivalen zijn symbioten. Ze hebben elkaar nodig. Ze houden elkaar eerlijk. Ze maken elkaar beter. Het verhaal van de vooruitgang hoeft gene ontmenselijkend of ontmoedigend verhaal te zijn. Integendeel, zoals u zult zien. (pagina 28)

Youtube - Brian Christian [turing tests].m4v  (2:08)




Terug naar Overzicht alle titels